Totaal aantal pageviews

zaterdag 22 december 2012


RO Theater

ma 17-9-2012 9:52

Trommelen in de Nacht

Vorm en inhoud, daar gaat het altijd om. Maar soms is de vorm zo dominant dat de inhoud er wat achteraan hobbelt. Dat was het geval bij Trommelen in de Nacht door het RO theater. Het was de eerste grote productie van Jetse Batelaan die daarbij voluit kon gaan. Dat was te zien aan de zeer geslaagde mis en scène. Meesterlijk heen en weer geschuif met requisiten die regelrecht uit een kindertekening leken te komen. De Volkskrant van vanmorgen spreekt van een kijkdoos. Acteurs zagen er uit als en bewogen als poppen of stripfiguren; ik had de indruk in een strip van Suske en Wiske terecht te zijn gekomen, niet in de laatste plaats omdat hoofdrolspeelster Hannah van Lunteren er ook echt als Suske uit zag. De maffe trommelaars die de op de achtergrond woedende Spartacus-opstand in beeld brachtten bevestigde dat kolderieke nog eens. Maar dan die tekst van Brecht. Vanmorgen maakt Arnon Grunberg op de voorpagina van de Volkskrant terecht gehakt van de gekunstelde relatie die Alice van Zandwijk legt tussen oude teksten en de actualiteit. De actualiteit van de relatie tussen de relatie van Hannah en Murk “ de kleinburgerlijke profiteur”  die rijk is geworden door de fabricage van wapens ontging mij volledig. Maar ook hier was de vorm weer superieur. De manier waarop Jacqueline Blom dat rare, enge mannetje neerzette was verbluffend (ik heb de hele voorstelling niet door gehad dat het hier een vrouw in een raar mannenpak betrof).
In de tweede helft redde de vorm het niet meer en liep het stuk met zijn achterhaalde tekst volledig de mist in. Maar alles werd met een onvervalst happy end (de geliefde sluit uiteindelijk toch haar dood gewaande soldaat in de armen) toch weer goed gemaakt. Jetse Batelaan moet maar op deze ingeslagen weg doorgaan, maar dan de volgende keer met een betere tekst, of misschien beter nog; helemaal geen.

Tjeu

RO Theater

do 9-2-2012 17:55

gezien: de kust van RO Theater

Een tweede stuk van de schrijver van het succesvolle “Branden” van Majdi Mouawad. Dat is te merken want andermaal wordt de kijker overgoten met gruwelijke verhalen uit het de Arabische cultuur. Mouawad is afkomstig uit de oorlogszuchtige Libanon en heeft daar in zijn jeugdjaren dingen meegemaakt waar we in ons rustige Nederland geen weet van hebben. Maar wil ik er daarom voor een tweede keer weer zo nadrukkelijk mee geconfronteerd worden? Nou nee, eigenlijk; hou je ellende voor jezelf heb ik neiging te zeggen. (zoals ik dat ook denk bij Griekse drama’s waar kinderen door hun ouders worden afgeslacht of andersom).  Maar goed, als ik me over die hobbel heen zet zie ik een voorstelling met een een mooie rol voor Nasrdin Dchar (zie van het “fokking” Gouden Kalf). Vooral de vaderfiguur wordt aan het eind heel mooi gespeeld door (ja door wie eigenlijk, kan ik uit de veelheid van uitheemse namen niet opmaken). Hij redt het stuk dat  aan een overdosis van verhalenvertellerij ten onder gaat. Pas aan het eind ontstaat lucht en ruimte, voordat het lijk van vader in de zee wordt gedumpt. Voordat het zover is spreekt het lijk van de vader een slotwoord, prachtig. Mooi is ook het gezeul van “zoon”: Dchar met zijn het lijk van zijn vader alsof het lijkt dat de twee voortdurend een traag ballet opvoeren. Humor en horror op een vreemde, niet altijd overkomende manier geklutst. Opvallend vind ik het uitermate zwakke spel van enkelen uit de professionele cast. Iemand met een zwaar allochtoon accent laten meespelen omwille van de politieke correctheid vind ik ook niet je dat.

Tjeu

RO Theater

di 11-10-2011 11:07

gezien: Dood van een handelsreiziger van RO

Een klassieker van Arthur Miller, de gruwelijke werkelijkheid achter “the american dream”. Onverminderd actueel. Over ambities die gekoesterd maar niet waargemaakt worden. Over de verwoestende werking van ambities op eigenwaarde en de relatie met kinderen. Want wie het niet heeft gemaakt heeft twee problemen: hoe zeg ik het tegen mijn kinderen en tegen mezelf. In dit stuk is de remedie: botte ontkenning. Maar de kruik gaat net zo lang te water tot die barst. In dit stuk komt het enkele malen tot enorme uitbarstingen. Het stuk heeft daarmee de vorm van telkens terugkerende vulkaanerupties waarna de betrekkelijke rust eventjes weerkeert. Die enorme dynamiek van het stuk meent Alice van Zandwijk nog eens te moeten ondersteunen met muziek, waardoor op een gegeven moment alles en iedereen tegen elkaar aan staat te loeien, te gillen en te musiceren. Dat is volstrekt onnodig. De tekst heeft die kracht van zichzelf al meer dan voldoende. Het was dus allemaal een beetje dubbelop. In het begin kwam het geheel niet echt van de grond. Totdat het stuk plotseling moest worden stilgelegd omdat iemand op de eerste rij onwel werd. Daarna leek de stop eruit getrokken was en kwam alles tot grote bloei.

Tjeu

RO Theater

vr 8-1-2010 16:33

gezien: magazijn van het geluk - Ro theater

Het “Magazijn van geluk” van het Ro theater als periodieke bijeenkomst rondom het thema van door het RO te brengen voorstellingen kende ik niet. Daarom gisteren maar eens derwaarts (met dank voor het re-introduceren van dit woord door Gepke) ben gegaan. De entreeprijs bepaalt men achteraf zelf. Als men dan weet dat ik aan het eind 5 (vijf) kloeke euros in de glazen kist deponeerde, dan weet men dat het gebodene de moeite waard moet zijn geweest. En zo was het ook. De voorstelling “Branden” dat vanaf 27 januari in premiere gaat, speelt zich vooral af in Beirut, de hoofdstad van Libanon en behandelt het thema oorlog en vrede in al zijn facetten. De toespraak die een van de Ro-actrices afstak (Fania Sorel, een Vlaamse actrice)   (een voormalig gevangene spreekt in de rechtszaal haar beul toe die haar ongewenst zwanger maakte) was zo bitter en zo emotioneel dat mijn nekharen overeind gingen staan. Dat belooft heel veel voor de voorstelling die komen gaat. Dat geldt ook voor de muziek die in het stuk is vervlochten. Gisteren hoorden we een libanese fado-achtige zangeres en een man uit Moldavië die heel weemoedig accordeon kon spelen. Voeg daaraan toe het boeiende relaas van Abelkader Benali die per ongeluk het uitbreken van de laatste israel-libanon oorlog meemaakte en wekenlang tussen de bombardementen zat, en het is duidelijk dat ik een meer dan boeiende avond meemaakte. Rotterdam op zijn best, goeie musici, zinderende acteurs en vlotte sprekers. Alles omlijst met films en landen en plaatsen van herkomst van de sprekers/uitvoerende die ter plekke bij elkaar gegoogeld werden. Uitstekend opgezet en uitgevoerd door Ro met deze keer de gezellige dikzak Jack Wouterse als presentator. Daar ga ik in de toekomst vaker naar toe.

Tjeu

RO Theater

ma 1-2-2010 18:09

gezien: Branden van Ro theater

“Een niet te missen voorstelling”, aldus de Volkskrant van maandag. En dat is ook zo, al was het alleen maar vanwege de omvang (2,5 uur, het aantal acteurs (een stuk op 10) en de tekst van Wajdi Mouawad, die, aldus de Volkskrant van zaterdag in Duitsland in 2009 werd uitgeroepen tot stuk van het jaar. Dat alles bij elkaar beloofde wat, ook al door de mooie “voorbehandeling” in de serie “het Magazijn van Geluk” dat het Ro rondom al haar stukken organiseert.
“Branden” is een allegorie op het geweld dat de mens zichzelf voortdurend aandoet, niet traceerbaar ooit is begonnen en nooit meer lijkt te eindigen. Het ene bloedvergieten roept eerwraak en daarmee het volgende bloedbad op. Het leven is een jammerklacht vol ongeluk, bloed en schande. Een moderne Griekse tragedie, waarin de sporen van Oeidipus heel nadrukkelijk terug te vinden zijn. Mouawad heeft Libanese wortels en dat verklaart veel. De Libanese geschiedenis is immers een lange litanie van moordpartijen en gewelddadigheden. Tegelijkertijd vind ik zo’n tragedie daarmee toch mijlenver afstaan van de bedaarde omgeving waarin wij dagelijks vertoeven, hoeveel onderhuidse spanningen en kuiperijen ook daarin dagelijks voorhanden zijn.  Ik kijk er met een zekere distantie naar en wordt er absoluut niet door meegesleurd. Mijn betrokkenheid bij het stuk blijft dus beperkt. Dat wordt versterkt door de slechte verstaanbaarheid van enkele acteurs die met een anderstalige achtergrond enigszins moeizaam en slecht verstaanbaar Nederlandse teksten spreken. Zeker in het begin van het zeer complexe stuk raak ik regelmatig de weg kwijt en moet het dan hebben van de opvallende vormgeving en snelle wisselingen die het stuk om die reden toch boeiend maken. Maar misschien is dat ook wel de bedoeling wat gaandeweg onstaat steeds meer helderheid en aan het eind vallen alle puzzelstukken in elkaar. Een tweeling gaat, met een merkwaardig testament van hun overleden moeder op zak, op zoek naar het ware verhaal achter haar jarenlange stilzwijgen en schijnbare verwaarlozing van haar kinderen. Daar waar met name de zoon een uitgesproken negatief beeld van zijn moeder heeft ontwikkelt zich bij de toeschouwer steeds meer inzicht in en begrip voor de houding van de moeder. Ik ga het verhaal niet verklappen, daarvoor moet je toch echt de moeite nemen de tweeling ruim twee uur te volgen.
Hoogtepunt is de toespraak die de moeder halverwege houdt tot haar verkrachter; de emotie spat van de toneelvloer af, een schitterende passage uit de mond van de Vlaamse Fania Sorel.
Een heel bijzondere rol is er weggelegd voor de gitzwarte Bright Omanse Richards, niet eens zozeer vanwege zijn rol alswel vanwege de setting waarin hij zich beweegt. Gaat dat zien. Minder te spreken ben ik over de bijrollen, slecht te verstaan, ondermaats geacteerd. Kan een cast niet eens helemaal op niveau worden gebracht?

Tjeu

RO Theater

vr 19-3-2010 15:04

gezien: Poeskafee van Ro theater

Dat de generatie babyboomers niet leeft volgens de idealen die zij eind jaren zestig, begin jaren zeventig uitdroeg is algemeen bekend. Het zou ook niet kunnen, anti-autoritair, niet burgerlijk, one man one vote, sex, drugs en rock en roll. Te mooi om waar te zijn. Een theaterstuk daarover loopt daarmee het risico van platgetreden paden en voorspelbare scenes. Daar ontkomt zelfs Gerard Jan Reijnders het door hem geregisseerde stuk van Wanda Reisel niet helemaal aan. Maar er blijft genoeg te genieten over, cynische dialogen tussen op elkaar uitgekeken echtlieden, schampere opmerkingen van kinderen op hun voormalige hippe ouders, onvervalste humor in de persoon van Lukas Smolders in zijn travestierol als spiritueel ingestelde psychotherapeute (pas na het stuk kwam ik tot de ontdekking dat deze rol door een man gespeeld werd, kejje nagaan) en een verrassend eind als diegene die het verjaardagsfeestje organiseert, ene Jack, slechts op film verschijnt. Hij heeft ten langen leste de benen genomen naar verre oorden. Als blijkt dat Jack niet komt breekt de pleuris uit en komt de ware aard van de progressievelingen naar boven. Opvallend is wel dat het vooral de mannen zijn die als drankzuchtige, hun lul achterna lopende zielepoten worden neergezet. De vrouwelijke babyboomers zijn ook wel tragisch maar houden zich desondanks redelijk staande. De al gememoreerde psychotherapeute leeft nog steeds in het verleden en komt daar in het stuk heel redelijk mee weg. De stukken tekst die Wanda Reisel de jongeren in de mond legt zijn heel fraai, met name Rogier Philipoom kan heel mooi uitpakken naar die zogenaamd vrijgevochten generatie.
Aan het stuk is weinig mis; scherpe dialogen, veel humor, cynisme en dan hebben we nog de heerlijke lellebel Hannah van Lunteren die op haar stilletto’s de zaak permanent ontregelt met haar geile praatjes. Voor deze babyboomer een geslaagde avond, helaas weer niet meer dan honderd mensen in de zaal. Dat ook de jongeren het stuk goed bleven volgen is de verdienste van het hele collectief.

Tjeu

RO Theater

wo 21-4-2010 10:29

gezien: Baal van Ro theater

Gisteravond voor een behoorlijk volle Schouwburg de opening van de Ro theaterweek met de klassieker Baal. Vooraf een leuke samenzang van het Hillegerbergs mannenkoor aangevuld met heel veel vrouwen onder leiding van Keimpe de Jong met een potpourri van bekende Eislersongs met Mackie Messer als onverbiddelijk slotakkoord. Daarna een voorstelling met in de hoofdrol de sterspeler van het huidige Ro: Fiona Sorel, die ook al de hoofdrol heeft in “Branden”. Misschien vraagt dat te veel, meerdere van die rollen dagen achter elkaar. Hoe dan ook, ik vond, ondanks alle extra’s die deze voorstelling tot een klapper moesten maken, Fiona de zwakste schakel in het bonte geheel. Het is ook nogal wat gevraagd om als vrouw de rol van vagebond Baal te moeten spelen. Niet alleen wat betreft de omvangrijke, bloemrijke tekst. Maar ik ken sowieso weinig voorbeelden van vrouwen die geloofwaardig een mannenrol weten neer te zetten; merkwaardigerwijs gaat dat omgekeerd altijd veel gemakkelijker. Ik denk bijvoorbeeld aan de recent door mij bezocht voorstelling “Mathilde” door Louis van Beek. Ik zag nu een actrice die de hele avond optornt tegen een rol die met veel bravour en met rauwe stem gebracht moet worden. Een Ro acteur als Jack Wouterse was daar veel geschikter voor geweest denk ik dan. Zo’n openingsscène, waarin Baal tegen de broek van een sjieke galleriebezoeker staat aan te pissen, dat moet toch niet door een vrouw gedaan worden die uit een gulp moeizaam een flestje staat leeg te gieten!?. Voeg daarbij de wat binnensmonds met vlaamse tongval uitgesproken teksten van Brecht, waarbij voor de zoveelste keer de verstaanbaarheid spelbreker was (ik heb het nagevraagd deze keer, ik was niet de enige die er last van had) en dan weet je dat ik het geen geweldige avond vond, ondanks de meer dan schitterende rol van Beppe Costa als “Bollebol”,  de man die op een droogkomische manier alle liederen zong en instrumentaal ondersteunde; Gijs Naber die een werkelijk schitterende gooi- en smijtact opvoerde met een van de actrices en het gewilde rommelige decor waarbij elke scene voorzien werd van een andere felgekleurd zeildoek als achtergrond. Het was het allemaal net niet, ook al deed het ovationele slotapplaus anders vermoeden, maar ja. die krijg je er bij premières of openingen van weken altijd bij cadeau.

Tjeu

RO Theater

gezien: "Reuzen" van Ro-theater

Voor mij in de zaal zit Loes Luca. Die zit vanaf het opengaan van het doek voortdurend te schateren om de enigszins lullige taferelen die zich voor ons afspelen.
Op een kaal toneel zoekt een mannetje met een lamp zijn weg over een overigens helverlichte decorloos toneel. Lachen. In een zichtbare hoek van het toneel horen we het ruwe gegrom en gesmak van….. nou ja, dat zullen dan wel reuzen zijn of zo. Loes heeft er lol in zo te horen.
Dan verschijnt een vrouw die met langzame reuzestappen haar weg zoekt. Een reuzin.
Doek zakt. Tafereel 1, 2 en 3 blijken dan geweest te zijn. Leuk!  Tafereel 4,5 en 6. In een grot blijkt een deur te zitten met het bordje “uit” erboven. Daarachter een hoop herrie. Een meisje met een rugzak loopt van rechts naar links over het toneel en zegt halverwege “hoi” tegen het publiek. Loes lacht hard. Ik ook.
Deurtje gaat open en we zien een man alleen met zijn benen. Hij moet helemaal bukken om het deurtje uit te kunnen. Dan richt hij zich op en, jawel hoor, een echte reus met een naar verhouding heel klein hoofdje. Loes komt niet meer bij. Ik vind het ook nog steeds heel leuk. Gumbah, Kamagurka, daar doet nog het meest aan denken. Dan komt de reuzin en komt het stuk eindelijk goed op gang. Denk je. Maar nee. Het blijft allemaal steken in dit soort kolderieke vondsten.  De angst om je kind te verliezen wordt geen moment manifest gemaakt, ook al is dit volgens schrijver Jetse Batelaan het centrale thema. Het is leuk om een man in een reuzekostuum met zijn enorme, papier machéhanden pogingen te zien proberen om een paraplu te openen, maar daar blijft het dan ook bij. Het meisje duwt een reus in een rolstoel voort. Hoe onhandig groot en lomp volwassenen voor kinderen kunnen overkomen is misschien wel treffend in beeld gebracht. Maar daar ging het toch niet om? Naarmate de voorstelling slaat bij mij de verveling toe. Loes begint ook minder te lachten. Als het doek ook nog een keer per ongeluk zakt in plaats van wordt opgetrokken weet ik het wel. Een lauw applausje. ik en ben niet bereid meer dan 5 euro in de collectebus te stoppen die me aan het eind wordt voorgehouden. Door mij gesubsidieerde ongein.

Tjeu
RO Theater

11-10-2011

gezien: Dood van een handelsreiziger van RO

Een klassieker van Arthur Miller, de gruwelijke werkelijkheid achter “the american dream”. Onverminderd actueel. Over ambities die gekoesterd maar niet waargemaakt worden. Over de verwoestende werking van ambities op eigenwaarde en de relatie met kinderen. Want wie het niet heeft gemaakt heeft twee problemen: hoe zeg ik het tegen mijn kinderen en tegen mezelf. In dit stuk is de remedie: botte ontkenning. Maar de kruik gaat net zo lang te water tot die barst. In dit stuk komt het enkele malen tot enorme uitbarstingen. Het stuk heeft daarmee de vorm van telkens terugkerende vulkaanerupties waarna de betrekkelijke rust eventjes weerkeert. Die enorme dynamiek van het stuk meent Alice van Zandwijk nog eens te moeten ondersteunen met muziek, waardoor op een gegeven moment alles en iedereen tegen elkaar aan staat te loeien, te gillen en te musiceren. Dat is volstrekt onnodig. De tekst heeft die kracht van zichzelf al meer dan voldoende. Het was dus allemaal een beetje dubbelop. In het begin kwam het geheel niet echt van de grond. Totdat het stuk plotseling moest worden stilgelegd omdat iemand op de eerste rij onwel werd. Daarna leek de stop eruit getrokken was en kwam alles tot grote bloei.

Tjeu

RO Theater

9-2-2012

gezien: de kust van RO Theater

Een tweede stuk van de schrijver van het succesvolle “Branden” van Majdi Mouawad. Dat is te merken want andermaal wordt de kijker overgoten met verhalen, waarvan sommige gruwelijk zijn. Mouawad is afkomstig uit de oorlogszuchtige Libanon en heeft daar in zijn jeugdjaren dingen meegemaakt waar we in ons rustige Nederland geen weet van hebben. Maar wil ik er daarom voor een tweede keer weer zo nadrukkelijk mee geconfronteerd worden? Nou nee, eigenlijk; hou je ellende voor jezelf heb ik neiging te zeggen. (zoals ik dat ook denk bij Griekse drama’s waar kinderen door hun ouders worden afgeslacht of andersom).  Maar goed, als ik me over die hobbel heen zet zie ik een voorstelling met een een mooie rol voor Nasrdin Dchar (zie van het “fokking” Gouden Kalf). Vooral de vaderfiguur wordt aan het eind heel mooi gespeeld door (ja door wie eigenlijk, kan ik uit de veelheid van uitheemse namen niet opmaken). Hij redt het stuk dat  aan een overdosis van verhalenvertellerij ten onder gaat. Pas aan het eind ontstaat lucht en ruimte, voordat het lijk van vader in de zee wordt gedumpt. Voordat het zover is spreekt het lijk van de vader een slotwoord, prachtig. Mooi is ook het gezeul van “zoon”: Dchar met zijn het lijk van zijn vader alsof het lijkt dat de twee voortdurend een traag ballet opvoeren. Humor en horror op een vreemde, niet altijd overkomende manier geklutst. Opvallend vind ik het uitermate zwakke spel van enkelen uit de professionele cast. Iemand met een zwaar allochtoon accent laten meespelen omwille van de politieke correctheid vind ik ook niet je dat.

Tjeu 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten