Totaal aantal pageviews

maandag 23 oktober 2017

Laat ik me niet te kritisch uiten, Poetin's arm reikt ver.(en die van Trump trouwens ook)

Trots vervult mij somswijlen als ik kijk naar het aantal lezers dat ik voor mijn tot op heden sinds 2012 gepubliceerde bijna 600 berichten heb opgehaald. Maar als ik de cijfers eens nader ga analyseren blijkt het succes aanzienlijk kleiner dan ik dacht. Ongeveer 20.000 lezers kwamen inderdaad uit Nederland. 5000 uit de Verenigde Staten en 2500 uit Rusland! Dan blijven er dus nog 7500 over uit alle windstreken van de wereld. Bij elkaar dus 40 procent uit andere landen waar hoogst waarschijnlijk niemand Nederlands spreekt. Hoe valt dat dan te verklaren. Welnu, afgelopen weken bleek ik telkens op een bepaalde moment een piek van 15 lezingen in enkele minuten te hebben. Enkele weken achter elkaar herhaalde zich dit patroon. Dat is net iets te automatisch om het nog als een plotseling oplevende belangstelling voor mijn belevenissen te zien. Zeker niet als die pieken telkens uit Rusland blijken te komen. Hier is sprake van een robot. Waarschijnlijk grazen de Russen permanent cyberspace af op belangwekkende woordjes. Dus alles wat zich op het internet beweegt wordt met zekere regelmaat bezocht. Ergens in het Kremlin selecteert een supercomputer van de KGB al die onzin op voor Poetin interessante berichten. Als ik nu intik "Raspoetin" weet ik zeker dat binnen 24 uur een berichte verschijnt op de computer van Wladimir P: in de gaten houden ,die T.S. te M. bespot onze grote leider! Ik hou de grafieken in de gaten! {overigens ook van de CIA een berichtje op het scherm van president Trump: T.S. te M. bespot een bevriend staatshoofd)

zaterdag 2 september 2017

Een boterletter-actie tot slot

Het verslag was al afgesloten toen H. nog even naar de auto ging om een fles water op te halen. Omdat ze nogal lang weg bleef ging ik maar eens even kijken. Ik zag ze staan buiten aan de deur van de gang die leidde naar ons appartement. Ze stond wat te morrelen aan het slot dat duidelijk niet deed wat het moest doen; de deur was een bleef dicht. Ik zag geen klink aan de binnenkant en wist niet wat te doen. Dan maar bellen met de eigenaresse. Die reageerde na 5 pogingen telkens niet. Totdat ik ergens achter in het appartement een telefoonstem hoorde. O ja, dat was waar ook. Ik had de luidspreker met blue tooth op een los speakertje gezet. Dan hoor je dus inderdaad geen geluid op je foon. Toen ik de speaker had losgekoppeld en voor de zesde keer belde nam de eigenaresse, begrijpelijkerwijs, niet meer op. Dan maar alle etages boven ons appartement af in de hoop iemand aan te treffen. Op de vierde verdieping had ik beet. Een jongeman zei iets in het Italiaans, dat hielp niet. Ik wenkte hem mee naar beneden. Aldaar aangekomen overzag hij het tafereel en tikte tegen een knopje aan de zijkant: een automatische deuropener!! Ik was even vergeten dat men zelfs in Italie op zo'n manier een deur van binnenuit open gaat.Nee, ik eindigde deze vakantie niet met de meest briljante actie.

In Lucca regeert de menselijke maat

Vanmorgen startte een uitgebreid afscheidsritueel met Giorgio. Zijn vriendelijkheid jegens ons ging zo ver dat, toen wij geen cash bij ons bleken te hebben, hij spontaan aanbood het tweedaagse verblijf dan maar " als gratis"  te beschouwen. Luid protesterend lieten wij ons door hem naar de dichtst bijzijnde geldautomaat brengen. Ondertussen kletste Giorgio er weer vrolijk op los en vuurde de ene op de andere vraag op ons af. Hoe kwamen wij aan de kost? Hoe heten onze kinderen?1 Heeft Nederland mooie stranden, welke hobbies hebben wij enz. enz. Van Giorgio zelf kwamen we te weten dat hij paardenliefhebber is en graag uren achter elkaar wandelt, bijvoorbeeld rondom de stadsmuren van Perugia. Maar op een aanbod van ons om nu eens een keer naar Holland te komen, kwam geen duidelijke reactie. Giogio praat wel graag veel maar reist weinig. Uiteindelijk kreeg H. drie klapzoenen en moest ik met mijn baard tegen de stoppels van G. aanwrijven.

Na nog drie keer gezwaaid en getoeterd te hebben gingen we vandaag de lange weg terug naar het vliegveld van Pisa, maar niet na eerste een bezoek te hebben gebracht aan Lucca. Zijdestad en in het bezit van een prachtig stadscentrum.
In de stad stuitten we meteen op een politiecordon en enkele huilende werklieden. Een hoogwerker bleek afgebroken en de zich daarin bevindende werker lang nu onder een wit laken op straat. Maar gauw door naar de vele kerken en plein van Lucca. Daarin is het Piazza d' Amfiteatro wat het zegt: gebouwd op de plaats waar ooit in de derde eeuw een amfitheater was gebouwd. Later verpulverde dat amfitheater weer omdat de stenen werden gebruikt om er kerken van te bouwen. De open plek werd bebouwd. Pas in 1850 was er een vooruitkijkende geest die besloot de oorspronkelijke rooilijn van het theater te vullen met huizen en de rest op te ruimen. Wat ontstond was een plein dat in alle opzichten voldoet aan de menselijke maat: niet te groot, intiem, bijna dorps aandoend. Hier de cirkel



Op een terras sloegen we de laatst glazen wijn naar binnen met een uitgebreide schaal hapjes; die krijg je er in Italie rond het ' Happy Hour' er altijd gratis bij. " Beter kon deze fantastische vakantie niet worden afgesloten"  aldus H. En zo is het.

vrijdag 1 september 2017

Puur genieten in Panicale

Met een enorme donderklap, gevolgd door een urenlang doorgaand onweer en regenbui, kwam er een eind aan een van de langdurigste hittengolven van Italie van de laatste honderd jaar; en van onze vakantie.
Gisteren in de hitte nog een bezoek gebracht aan het meer van Trasimeno, bij de familie Luxembourg gekend en geprezen als de plek waar zus Very en haar Ad een huis hadden totdat het uitzicht op het meer ontnomen werd door een nieuwe bouwproject. We hebben wat rondjes heen en weer gereden door en rondom San Savino zonder de precieze plek nog te vinden om daarna door te rijden naar Panicale, een werkelijk verbluffend mooi dorpje, dat blijkens een mededeling van een restauranthouder ter plekke, dit jaar gekozen is tot nummer 10 van de allermooiste dorpjes in Italie. De stadsmuren liggen amandelvormig rond het plein, waarop hoog een kerkje ligt op enorme zijbeuken.


In het hoekje bovenin ligt een klein smaakvol restaurantje waar we neerstrijken. Alles is prachtig verzorgd, van de emaille naamborden tot de tafels met schilderingen van citroenen tot de fraai bewerkte stalen ringen rond de opgerolde servetten toe. De maaltijden worden geserveerd alsof het kleine schilderijtjes vinden: laat ik daarom nu bij wijze van hoge uitzondering eens vermelden wat wij naar binnen werkten: H. heeft tortellinos gevuld met pomodoren en pesto van basilicum, ik heb bolletjes kabeljauw met pruim op een oranje bedje van kikkererwten. Omdat het nog vroeg op de dag is laten we de wijn nu eens achterwege, het blijft gewoon bij water. De eigenaar laat ons trots een foto van zijn hele gezin zien. Zijn zoon runt ook zo'n mooi restaurantje, en nog wel in Amsterdam. We beloven er zeker binnenkort langs te zullen gaan.
Daarna door naar Castiglione, een stadje op een voormalig eiland in het meer, nu aan het vasteland vast zittend, maar nog steeds duidelijk hoger liggend dan de omgeving. We brengen een bezoek in het oude, vol frescos zittende oude stadhuis, waar nu een kleine tentoonstelling rondom Picasso als keramist is gemaakt. Kortom, een echte cultuurdag. H. die vandaag duidelijk veel last heeft van de warmte, heeft het allemaal snel gezien en gaat ergens zitten puffen. Ik blijf lang hangen bij de fabuleuze krabbels van de grote meester. Het lijken wel vlot gezette lijnen, maar elke lijn is raak.
's Avonds zien we Thijs en Nina nog een keer terug, ze zijn met hun fietsen inmiddels gevorderd tot Perugia. We treffen ze, volgens afspraak, bij de fontein op het grote plein in het hart van Perugia. Nog een keer gezellig tafelen en dan verdwijnen ze definitief op hun fietsen uit het zicht.



donderdag 31 augustus 2017

Giorgio praat honderduit

Na het viersterrenhotel in Assisi, dat H. voor een prikkie had weten te scoren op een site met de wat verdachte naam: "Secret Escapes", inclusief zwembad, spa en uitgebreid ontbijt, zitten we nu in een oranje geverfde woonkazerne op een kamer met als ontbijt twee droge broodjes in plastic verpakking, in de omgeving van Perugia. Toch werden we daar gisteravond hartelijk welkom geheten door Giorgio, de - naar onze inschatting - homofiele eigenaar van een appartement waar hij vier benb kamers in heeft ondergebracht. Nadat hij ons de werking van zijn voortreffelijke koffieapparaat had uitgelegd bleven we maar ouwehoeren, twee uur aan een stuk. Over Umberto Eco, over Dubai (waar hij nooit geweest is en alles over wilde weten), over Nederland (waar hij nooit geweest is en ook alles over wilde weten), over de omgeving, over Perugia en natuurlijk - op mijn verzoek - over Italie in de Europese Gemeenschap. Giorgio heeft een heel andere mening dan de hoteleigenaar in Ravenna. Natuurlijk moet Italie in de EG blijven. Anders zou het hier slecht uit zien. Hij verzekert ons dat zeker 70 procent van de bevolking zo denkt. Maar ja, natuurlijk heb je hier ook de 5 sterrenbeweging van Beppe Grillo, de Italiaanse populist, die van Brussel af wil. En van de regering Berluscon kun je veel slechts zeggen, maar de minister van Jusititie van B. zette toch maar 50 maffiabazen achter de tralies, aldus Giorgo.

Hier wat plaatjes van Perugia, alwaar H. van een vorig bezoek met haar Pa nog de ondergrondse stad wist te herinneren, aangelegd door Paus Paulus III, daarom de Rocca Paulina genaamd. Daar kon de bevolking van P. zich verschansen als er weer eens een vijandelijke stad op pad was. Een prima schuilkelder voor als de raketten van Kim il Oen richting Italie gaan.





Overigens wist Gorgio ons te zeggen dat dit de warmste zomer in Italie is sinds 1918! Maar volgens de weersvoorspelligen begint het vrijdag te regenen en zakt de temperatuur dan onder de twintig graden! Ik hoop dat Ties en Nina regenjasjes bij hebben, de hele volgene week zou het blijven regenen.

woensdag 30 augustus 2017

Gestapelde kerken en gestapelde geneugten

Lonkend ligt de stad loom tegen de heuvel gevleid. 's Ochtends is de temperatuur nog te dragen, laten we zeggen 28, 29 graden Celsius.  Met de bus gaan we naar de basiliek van Sint Franciscus; in 1997 nog ingestort bij de zoveelste aardbeving die centraal Italie teisterde. De hele wereld reageerde geschokt toen de frescos van Giotti en Cimabue tot stof verpulverd werden. Nu moet ik eerlijk zeggen dat er dagen voorbij zijn gegaan zonder dat ik ook maar een seconde aan Giotto of Cimabue gedacht heb. Maar nu ik vanmorgen met H. in de volledig gerestaureerde basiliek (twee op elkaar gestapelde kerken met daaronder het graf van de man die met dieren kon praten) die fresco's heb kunnen bewonderen begrijp ik iets meer van de droefenis die zich in 1997 van de wereld meester maakte. Alsof iemand met een broodmes de Nachtwacht in duizend stukjes sneed. De ingestorte kerk leverde 300.000 stukjes fresco op die aan de hand van afbeeldingen weer in elkaar gezet moesten worden. En het is gelukt zoals wij hedenochtend kondend vaststellen. Hier enkele opnames die in de illgealiteit zijn gemaakt. Elke keer stond er een strenge suppost klaar om mij te zeggen dat ik niet mocht fotograferen.


Na het bezoek aan de basiliek was de temperatuur alweer behoorlijk gestegen en waren we na de klim naar het oude centrum van de stad, alwaar een tempel verrijst die daar al vanaf het jaar 100 staat, maar wat blij een busje te treffen dat ons weer naar het hotel kon terugbrengen. Ondertussen nam de wind bezit van het terras waar we even zaten en zagen we hoe de eigenaar al schreeuwend en brullend met zijn personeel de enorme parasols ging dichtklappen.
De bus deed vervolgens de hele stad aan alvorens het hotel te bereiken zodat we voor een euro de hele stad vanuit een zetel hebben kunnen bezichtigen. Het hotel heeft een fantastisch zwembad waar we de rest van de middag hebben doorgebracht, telkens opdrogend op het fantastische dakterras in de volle zon. Aan het eind van de middag dronken we een volle Italiaanse wijn van 15,5 %, volgens mij wereldrecordhouder op het gebied van het alcoholpercentage. Des avonds uitgebreid getafeld op weer en ander terras in de zwoele avondlucht na eerst de mooiste zonsondergang ooit te hebben aanschouwd. Het moet niet veel gekker worden.

maandag 28 augustus 2017

Even in het paradijs

Vanmorgen perstte een door God hoogst persoonlijk geschapen mooi Italiaanse meisje heel traag onder de pijnbomen een jus d'orange voor ons uit. Een tweehonderd meter verder tikte de staalblauwe Adriatische zee tegen het gele zand. Toen God het aarde paradijs cre"eerde moet hij deze plek vor ogen gehad hebben.
Vandaag zullen we echter niet weer, zoals gisteren,  plaats nemen op een van de gele of blauwe strandligstoelen die hier in militaire slagorde staan opgesteld, maar de lange rit maken terug naar Umbri"e, naar de plek waar ooit Franciscus tot de dieren en de kinderen sprak: Assisi.

Gisteren volgden we Nina en Thijs een dagje op hun toch naar Rome om aan te komen in het kustplaatsje Pinarella alwaar we, na gezien te hebben hoe het jong stel een kampeerplaats inricht, gezamelijk naar het strand vertrokken.  Aldaar zee, zand, zon en 's avonds pizza en wijn. Voorspelbaar maar niet te versmaden.

zondag 27 augustus 2017

De Italianen koken liever in hun eigen sop gaar

Op het Piazza de Popolo treffen we, zoals afgesproken, Thijs en Nina. Ze hebben van hun fietstocht van Heerjansdam naar Rome er inmiddels 1900 km. op zitten. Toch weer heel bijzonder zo ver van huis je dochter in je armen te kunnen sluiten. Ik voel vaderlijke trots voor mijn dochter die met haar vriend de Alpen heeft getrotseerd en nu op het punt staat na de hete Po-vlakte de Apenijnen te bestormen.

Zelf deed ik dezelfde tocht 6 jaar geleden. Het is toch merkwaardig hoe goed het menselijke brein werkt. Behalve de kerk met de moza"ieken herinnerde ik me van Ravenna niets meer. Totdat ik op weg naar het centrum van Ravenna het topje van een ronde toren zag. Ik herinnerde me die kerk en als vanzelf viel het hele stadsplan weer bloot in mijn hersenpan. Ik wist het complete stratenplan en de opvallende pleinen weer ineens te herinneren.
In de zwoele avondlucht met zijn viertjes heel gezellig getafeld. Maar de echte discussie onstaat pas na de avondwandeling met de eigenaar van het hotel, een jonge hipster die vanuit Australie terug naar Itali"e kwam om het niet zo florerende hotel over te nemen van een familielid.Naar zijn mening gaat het slecht met Italie, mede vanwege de belachelijke regels uit Brussel. Economisch gaat het helemaal niet goed, veel jongeren trekken weg uit deze streek naar het andere landen. Op mijn vraag of het beter zou gaan met Italie als ze uit de Europese Gemeenschap zouden treden (hij juicht de Brexit toe) krijg ik geen duidelijk anwoord anders dan: de zuidelijke landen hebben het eeuwen zonder Europa gekund. Opvallend is dat hij tevens beweert dat Italianen luier en minder intelligent zijn dan Duitsers en Nederlands. Het zijn jouw woorden, riposteer ik, niet de mijne. Hij snapt niet dat Nederlanders en Duitsers in Europees verband bereid zijn het wrakke beleid van de corrupte regeringen in Rome bij te spijkeren. Een verrassende kijk op Europa hier aan de balie van hotel Roma.
Nationalisme tot de dood er op volgt: de moderne variant van het populisme. Laat ons onze eigen boontjes doppen, desnoods tegen beter weten in. Alles beter dan je ondergeschikt te voelen aan het superieure noord Europa. Iets om te onthouden.

vrijdag 25 augustus 2017

Een lokale op hol geslagen graaf

Urbino is een renaissancestadje met een graaf die daar in de vijftiende eeuw een paleis liet bouwen dat je op zijn zachst gezegd enigszins megalomaan kunt noemen. IK heb althans in een buitenplaats als deze nog nooit zo'n enorm gebouw aangetroffen, of het moet Chambord zijn, maar ja dat was dan ook de Zonnekoning van frankrijk. Hier gaat het om een lokale graaf. Het geheel is opgetrokken in lichtgele baksteen, zodat de eerste indruk er een is van een gebouw uit de werderopbouwperiode. De kleur is dezelfde als die van het opnieuw opgetrokken deel van de Middelburgse abdij. Maar het is nauurlijk andersom. Nederlandse architecten van de werderopbouw lieten zich bij het optrekken van kerken en woonwijken inspireren door wat ze in Itali"e gezien hadden. O.a. in Urbino. Althans zo stel ik het me voor waarom hele wijken uit het Breda van mijn jeugd (Heuvelkwartier) me zo sterk aan deze stad doen denken.

 

We zitten in een BenB op een werkelijk prachtige plek hoog op een heuvel met uitzicht kilometers ver weg over een meer dan glooiend landschap. Overal lichtjes. En zoals dat hoort: blaffende honden. Wij zitten in een tuin onder een grote boom aan een houten tafel met een heerlijke fles Italiaanse wijn bij een termperatuur van een graad of 25. Enigszins onrustbarend is dat H. overal om zich een krekels hoort en ik helemaal niets. Wel een lichte tinitus. Weer een mankement dus op weg naar de 68. Proost.

woensdag 23 augustus 2017

Alles voor de kunst

En zo geschiedde het dat we in Fabriano een affiche zagen waarop twee vrouwen elkaar kustten. Het bleek de aankondiging van een expositie van een Nederlandse kunstenares ergens in de buurt, in het stadje Sassofredo. 'Daar wil ik naar toe'  zei H. En aldus geschiedde.
Althans een dag later, toen we op weg naar de grotten van Frassassi in de buurt van Sassofredo bleken te komen. Erop af. In het centrum van S. bleek de expositie niet te zijn, bij navraag bleken we in het ' kasteel boven' te moeten zijn.Dat werd een wandeling omhoog van een half uur, waarbij onze neuzen zowat het plaveisel raakten, zo steil. Ik kwam met een kwartier voorsprong boven, zodat een eenvoudige rekensom leert dat ik twee maal zo snel stijg als mijn H, Enfin. UItgeput vervoegden wij ons bij de ingang van de kerk alwaar de expositie plaats vond. De kerkdeur bleek meedogenloos gesloten: "open vanaf 16.00 uur" stond op het affiche. Dat hadden we nou net niet gelezen. Dan maar door naar de grotten. Voordat je je daar hebt gevoegd in de rijd wachtenden voor een Engelse guide ben je een halve dag verder. Toen we na alle stalagmieten en stalagtieten weer buiten stonden bleek het precies half vier. Een mooi moment om de trip naar S. wederom aan te vangen.  Nu niet te voet maar per auto. Om de weg naar boven te vinden zijn we minimaal vier keer een ander route ingeslagen alvorens we weer voor de kerk in S. stonden. Waarmee maar gezegd is: Voor de kunsten hebben we werkelijk alles over. De kunstenares bleek in hoogst eigen persoon aanwezig en heeft ons uitvoerig verteld over haar werk en haar leven. Hoe zij met haar man in Italie terecht kwam en daar een fantastich huis kocht. Hoe haar schilderijenproductie daardoor enorm verbeterde en toenam. En het moet gezegd: haar portretten en en naakten waren verbluffend. Ik  trok een vergelijking met Lucian Freud, dat hadden al meer mensen voor mij gedaan.   "Jij hebt een perfect gezicht om geschilderd te worden" zei kunstenares tegen mij. Er was bij mij  weinig meer voor nodig om onmiddellijk de daarvoor benodigde duizend euro neer te tallen. Slechts H. hield mij tegen.



dinsdag 22 augustus 2017

Ordinair eten en ordinaire praat

Toiletpapier bestaat pas sinds 1877. Tot die tijd had men de keus uit: a) een spons gedoopt in azijn, b) een hand vol stro, c) een maiskolf of d) een halve schil van een kokosnoot om de reet te vegen. Deze wijsheden deden wij op in het papiermuseum van Fabriano. F. was nl. in de middeleeuwen de plek waar d chinese vinding, het maken van papier, tot in de finesses werd beheersd. Fabriano leverde aan heel Europa papier, tot dat die verrekte Hollanders de concurrentie aan gingen. Farbiano was ook de plaats waar het filigrijnwerk werd uitgevonden: het maken van watermerken. Eerder op de dag had de eigenaar van ons B&B plekje ons al lekker gemaakt voor het museum met watermerkafbeeldingen van Maria met het Kindeke Jezus en Paus Paulus VI. Ja, dan wil je natuurlijk niet anders meer dan hals over kop naar het museum. Aldus.
Daarna heerlijk duif gegeten op het Giribaldiplein in Fabriano. Nooit geweten dat zo'n ordinaire vogel zo lekker kan smaken. Eigenlijk eet je immers ' vliegende rat",  H. at gewoon varken aan het spies. Minstens zo ordinair.

maandag 21 augustus 2017

Hoe kom je weer uit een rampgebied?

Vandaag staat de Piano Grande op het programma. De Grote Hoogvlakte midden in het nationaal Park Mont Sibilline. De naam verwijst naar de Sybillen, de heksen die ooit dit gebied in hun greep hadden en er onheil stichtten. Dat gaat door tot de dag van vandaag, want zowel in 20124 als in 2016 schudde hier de aarde met een kracht van 6 op de schaal van Richter, in een gebied met een oppervlakte van 50 vierkante kilometer dood en verderf zaaiend. Als we de weg naar de hoogvlakte opdraaien en het eerste vernielde dorp al achter de rug hebben, worden we tegengehouden bij een wegversperring door een militair. Nadat we zeggen een bezoek te willen brengen aan de Grote Piano laat hij ons verassenderwijs door. En zo reizen we over een inderdaad enorme verlaten vlakte tussen de bergen, in alle okerkleuren, maar verder volledig kaal naar het op een terp gelegen dorpje Castellucio. Ook daar is de helft van de woningen ingestort en zijn alle toegangswegen tot het dorp gebarricadeerd. Alleen de doorgangsweg is open. Op een ge"improviseerd terras wordt vanuit een caravan koffie verkocht. We zijn in het half uur dat we er verblijven de enige bezoekers. NIet vreemd, de Italianen mijden dit treurige gebied blijkbaar. Wij rijden door over de indrukwekkende vlakte weer de hoogte in. Aan de andere kant stuiten we weer op een barriere, maar we kunnen er met de auto net langs. Langs de weg liggen hier hopen gruis aan weerszijden, er is net genoeg ruimte voor onze Opel Corsa. Op de weg naar beneden komen we in Visso, waarvan ook hier het oude binnenstadje is gebarricadeerd. De kerk is half ingestort. De kerktoren wordt met spanbanden bij elkaar gehouden. In een tent drinken we koffie en een croissant, tesamen met een aantal nonnen. Die gunnen zichzelf zo'n wereldse uitspatting natuurlijk alleen omdat de helft van de opbrengst bestemd is voor de wederopbouw van Visso. We maken ondanks alles een mooie wandeling naar boven. De moderne woningen aan de buitenkant van het dorp zijn wonderwel gespaard. Zou men hier vanaf de jaren zeventig aardbevingbestendig zijn gaan bouwen op rubber stempels?  Net zoals we in Nieuw Zeeland hebben gezien? Het lijkt er op. Boven  het dorp zitten we  pal naast een oude vierkant kasteeltoren die alle eeuwen heeft overleefd heerlijk in het vandaag veel minder hete zonnetje met een prachtig uitzicht op de bergen rondom. Maar dan moeten we er weer weg zien te komen. we rijden dezelfde weg terug, maar daar waar we eerst nog langs de barriere konden is de weg nu volledig versperd. Een andere weg terug blijkt na een paar minuten ook afgesloten. Een derde weg omhoog, via een vernield dorp is eveneens dicht . Wat nu? Slechts een weg naar het noorden (terwijl we naar het zuiden terug moeten) blijkt open. We komen langs ge"improviseerde dorpen met containerwoningen die ons sterk doen denken aan de manier waarop de Indianen in de VS permanent gehuisvest zijn. Maar de kritiek van de bevolking vorig jaar op de regering, die geen flikker deed, heeft inmiddels gewerkt. Overal zien we werklieden bezig op vrijgemaakte plekken om rioleringen en leidingen aan te leggen. Er verrijzen langzaam nieuwe dorpen. Met een omweg van honderd kilometer komen we weer op onze bestemde plek terug. In de verte liggen de bergen van de Mont Sibilli te grijnzen.


zaterdag 19 augustus 2017

Ramptoerisme

We komen langs Norcia, volgens de Michelin een mooi plaatsje. Als we door de hoofdstraat lopen valt ons iets op. Het lijkt er zo leeg, zo kaal. Het valt ons bv. niet meteen op dat zeker de helft van de winkels en panden gesloten is. Ook zien we de hekken in de straten rondom (nog) niet. Totdat we op het centrale plein zien dat de kerk helemaal in de steigers staat. Tenminste de voorgevel. Ja zeg ik, nauwgezet restaureren van gebouwen kun je aan Italianen wel overlaten. Maar als we de hoek omdraaien zien we de het hele middenschip is verdwenen. Dat is wel een erg rigoureuze restauratie denk ik nog. Pas bij het zien van scheuren in de muren in het gebouw daar achter valt het kwartje. Hier is een aardbeving geweest. Verderop zien we pas echt welke verwoestingen zijn aangericht. Maar ook hoe een man aan de dood ontsnapte door tijdig in een nis te gaan schuilen.


Ik google wat en lees over de aardbevingen die dit gebied al vele malen achereen troffen. De laatste twee in 2014 en 2016. Dan lees ik de naam van Arrmatrice, het stadje dat vrijwel volledig in een puinhoop is veranderd. Als we vervolgens verkeerd rijden en bijna langs Armatrice rijden kunnen we onze nieuwsgierigheid niet bedwingen en besluiten we een kijkje te gaan nemen. Steeds dichterbij zien we overal ravage. Voor een volledige ingestort boerderij staat een groot brod met: " No selfie!!". Beschaamd besluiten de twee ramptoeristen rechtsomkeer te maken.

Een rolstoelvriendelijke vakantie??

Wat mopperig merk ik op dat onze vakantie toch wel een erg hoog 'rolstoelgehalte' heeft als we aankomen bij de overvolle parkeerplaats behorend bij de Cascata di Marmora, een waterval. Op de eerste meters lijken mijn vermoedens te worden bewaarheid. Tussen honderden toeristen begeven we ons op weg naar een inderdaad onstuimig omlaag stortende watervloed, gadegeslagen vanuit een speciaal aangelegd voetpad met bijbehorende uitkijktoren " Dat is het dan", denkt H. en loopt daarna meteen weer naar de uitgang door de klapdeurtjes. Ik ben ze even uit het oog verloren en ontdek een weggetje naar beneden langs een terras. H. zegt later dat ze dat weggetje ook wel zag maar dacht dat het alleen maar naar het terras voerde. Niet de moeite waard dus. W'el dus!Want het pad voert via een lange afdaling naar een prachtig schouwspel beneden van vele watervallen en snel stromende rivieren door een dicht bos. Regelatig kun je in een stuifregenvan water laten afkoelen. Met mijn zwarte hoed op,druipend i de stuifregen op een wankel bruggetje, over een kolkend riviertje, waan ik me af en toe een echte Indiana Jones. Beneden zijn er zo veel weggetjes en bruggetjes dat ik soms helemaal alleen tussen de watervallen en wilde stromende kreken loop. Helemaal beneden is er een werkelijk fabuleus uitzicht op de waterval van honderden meters hoog, die zich opsplitst in tientallen kleine valletjes. En ondertussen zit H. bovenop op een bankje. Ze telefoneert waar ik blijf en ontdekt dan pas wat ze allemaal, mede beinvloed door mijn 'rolstoelopmerking'  wat ze allemaal gemist heeft. Moraal van dit verhaal: " laat je nooit leiden door een opmerking van een ander" .
Blijft de vraag hoe in een periode van lange droogte zo'n onstuimige waterval kan ontstaan. Als ik een uur later terugklim blijkt de waterval inmiddels een miezerig valletje te zijn geworden. Later lees ik ergens dat het water in de ochtenden en of zon en feestdagen naar boven wordt gepompt om zo tot enkele uren tot een fraaie waterval te leiden. Was het dus toch allemaal nep!





vrijdag 18 augustus 2017

Vanavond bidden voor het slapen

We hadden Siena nog niet de rug toegekeerd, of daar voltrok zich, na afloop van de Palio, een drama. In de eeuwenoude toren van het Palazzo de Publico op het beroemde plein, brak, om ons onbekende oorzaak, brand uit. In het nachtelijk duister was de slanke toren getooid met een vlammentoorts gevolgd door een rookpluim. De bovenste etage van deze kroon van Siena stond in de fik! Dat zagen we de volgende dag, toen we in ons hotel in Montepulciano aankwamen op de tv in onze riante, enigzins streng ogende kamer. Heel anders dan het gemoedelijke hostel in S. met 's avonds in de tuin o.a Chet Baker op de boxen.
In Montepulciano beklommen we een steile weg, bezaaid met zeer luxe winkeltjes (H. ontwaarde een casmere jas waar ze helemaal wild van werd (niet gekocht hoor!) en flessen vino nobile die niet duurder waren dan die welke ik van te voren al had ingeslagen bij de plaatselijke Aldi, recht tegenover ons hotel. Boven op het Piazza Grande vergaapten we ons aan de fraaie blokkendozen uit de 13e en 14e eeuw, waarbij in het bijzonder de kale, stenige gevel van de kathedraal opviel. Van binnen prachtig uitgevoerd met duur marmer, maar aan de buitengevel werd na voltooiing verder geen stuiver meer besteed. Een fenomeen dat je bij meer kerken hier zit. Het gaat niet om de buitenkant maar om de fraaie binnenkant zal de Italiaan van die tijd gedacht hebben. Hoe diametraal anders denkt de Italiaan tegenwoordig!
Vandaag rijden we, door de hitte, draaglijk in een gekoelde huurwagen, door een fraai landschap; eerst open en wijd Toscaans, later bebosd en wat ruiger Umbrisch, naar het schilderachtige  hoog op een heuvel gelegen Todi, waar ons hotel alleen te voet toegankelijk is door een middeleeuwse stadspoort. Daarachter in een steegje een heus klooster, dat is verbouwd tot hotel. Zo veel mogelijk is alles in tact gehouden, zoals bijvoorbeeld de refter waar we zullen ontbijten

. Het valt me nog mee dat we bij binnenkomst geen kameelharen pij aangemeten krijgen en een zweeptje met spijkertjes aan het uiteinde. Overal kruisbeelden en op onze slaapkamer boven de stalen bedden een beeld van Maria. Nee, dat wordt een kuise nacht hierl God ziet alles! 
De straatjes van Todi zijn nog steiler dan die in M. maar het plein bovenop is het prachtigste wat we tot nu toe gezien hebben. Hier een impressie: 
k

woensdag 16 augustus 2017

Fellini in Siena

We vallen met onze neus in de Sienese boter: uitgerekend op 16 augustus vindt de jaarlijkse paardenrace op het Piazza del Campo, het imposante, schelpvormige plein van Siena, plaats. Dat plein is het plein der pleinen, h’et voorbeeld voor alle stadsarchitecten van hoe een plein moet worden aangelegd; een door radialen doorsneden steenvlakte, geleidelijk aflopend naar het midden, omzoomd door gebouwen die er allemaal even prachtig en evenwichtig uitzien, de gevels in een vloeiende lijn rond de schelpvorm; in het centrum de gotische gevel van het Palazzo Publico, aan een zijde geflankeerd door een superslanke, 88 meter hoge toren. Zo, dat is dan maar gezegd over dit mooiste plein ter wereld. Daar vinden daar dus de paardenraces plaats uitgevoerd door ruiters uit de 17 wijken uit Siena, allen gsymboliseerd door een dier (een adelaar, een slak, een schildpad, een gans, een giraf) of een ander symbool (een golf, een woud, een toren), allemaal voorzien van prachtige vlaggen. Elke wijkbewoner hult zich op deze dag in de vlag van zijn of haar wijk; kinderen uit de wijk trekken in gekleurde pakjes, zingend door de straten. Vaandelzwaaiers voeren met hun vlaggen onder luid tromgeroffel allerlei onmogelijke toeren uit. Voor een liefhebber van folklore, die heimelijk in mij schuil gaat, is dat dus smullen geblazen.  De avond tevoren hebben wij ook door de nachtelijke stad gezworven, na eerst op een sjiek terras van een ongelooflijk lekkere (en dure) Chiantiwijn te hebben gelebberd, waarbij wij gestuit zijn op afgezette straten vol lange tafels waar Sienezen elkaar luidkeels aan het toezingen en toeschreeuwen waren. Elke wijk zijn eigen drankgelag. In de wijk van de adelaar, pal onder de majestueuze gestreepte kathedraal, schreeuwden koren van mannen en vrouwen elkaar toe, over de hoofden van de in het midden gezeten magistraten. Hoe Italiaanser, hoe meer Fellini, wil je het hebben!
Spelbreker overdag is wel de intense hitte. aPas vanmiddag laat vindt de echte Palio (paardenrace) plaats. Maar het vooruitzicht om uren in de loeiende hitte op het Piazza del Campo te moeten staan doet ons besluiten om toch maar richting Montepulciano te gaan; het centrum van de robijnrode ‘ Vino Nobile’, aldus de Michelingids. Dat wordt dus weer nippen aan het glas hedenavond.



siena

donderdag 6 juli 2017

De natuur rukt onrustbarend op

En zo leef ik alweer meer dan een half jaar op de boerderieë, zoals wij hier zeggen in het Zeeuwse land. En het bevalt uitstekend. Al dringt de natuur steeds meer mijn huisje binnen; ik moet zeggen : de natuur dringt zich op! Het is begonnen half mei en het gaat door tot de dag van vandaag. De overvloedige zaadval van de populieren. Ik zag vroeger wel eens een film van Fellini waarbij de hoofdpersonen verbleven in een lentelandschap waarbij de lucht vergeven was van licht zwevende sneeuwvlokjes. Ik dacht altijd dat achter de camera iemand op een overdreven manier kussens stond uit te kloppen voor het filmische effect. Maar nu weet ik dat het echt bestaat, niet alleen in Italië of Frankrijk, maar gewoon hier in Holland. Gedurende de afgelopen maanden kon je, onder de juiste lichtinval van de avondzon duizenden goudkleurige vlekjes waarnemen. Het leek afgelopen weken met die geringe regenval (Zeeland kreeg code rood van het KNMI) alsof het gesneeuwd had. Alles was bedekt met een witte donslaag die na een regenbuitje veranderde in pluizigge smurrie. Dat was nog daar aan toe. Maar onder de toch maar zeer beperkt openstaande klapramen van mijn zolder dansten de witte vlokken mijn slaapkamer in om zich  te echten aan boeken, computer en beddegoed. Dat was dus een minder prettige kant van de zaadval.

En daar bleef het afgelopen dagen niet toe beperkt. Nu blijken de vliegende mieren zich op mijn huisje gestort te hebben. Op zoek naar een koningin worden alle mieren tijdelijk voorzien van vleugeltjes, waarmee ze wat onbeholpen door mijn woonkamer gaan raggen. Ze kiezen telkens hetzelfde raam uit ,waar ze met tientallen tegenaan gaan zitten koekeloeren naar een mogelijke koningin ergens buiten. Elke keer rukt deze ridder uit met de stofzuiger om ze medogenloos naar binnen te zuigen. De volgende dag herhaalt zich dit wrede tafereel, en dat zo al meer dan een week achter elkaar. Ik heb ooit gehoord dat mieren een kernaanval kunnen overleven. IK mijn droom zag ik onlangs een onafzienbare rij mieren uit mijn stofzuiger klimmen om zich op de eigenaar te storten.

Buiten ben ik ook al een keer belaagd door een wolk, werkelijk waar; een dikke wolk van bijen, die ineens luid zoemend boven mijn hoofd verscheen. Mijn buurvrouw Marianne, die werkelijk alles van de natuur weet stond toevallig in de buurt en riep: dekking! Ik schoot weg en kwam er zonder één steek van af. Als zij er niet was geweest was die wolk wellicht op mij neergedaald en was ik nu vol bijenangels afgevoerd als serieus slachtoffer van het alsmaar verder oprukkende natuurgeweld.

Ik hou hier dapper stand maar u begrijpt dat het hier met de dag nijpender wordt.

donderdag 4 mei 2017

Graue Tagen in Duitstalig België

Wie de films van de gebroeders Dardenne kent, weet dat Wallonië er uit kan zien als een mistroostig landschap vol achterlijke, drankzuchtige griezels. Dat laatste valt in het keurig aangeharkte Malmedy nogal mee. We zitten hier  in tegen het Duitstalig gedeelte van België aan dat tot en met de eerste wereldoorlog nog bij Duitsland hoorde, men is hier dus ordentelijjker dan men doorgaans in Den Waalse Bels vermoedt. Pal tegenover onze verblijfsplek van vier dagen ligt een nog door de Pruisen rond 1900 gebouwd landhuis dat diende als zetel van de regering van het Duitstalige deel van België. Even verderop, in een klein kasteeltje, huist de rijksdienst van Duitse vertalingen die alle documenten die in België verschijnen voor het Duitstalige deel van de bevolking übersetzt. Want België is dus niet twee- maar officiëel drietalig. Welnu in dat Duitstalige deel darren we enkele dagen rond in een landschap dat dus veel aan het werk van de gebroeders Dardenne doet denken. Vanmiddag reed ik nog vanaf hier naar het op 1500 meter hoogte gelegen, "'Hautes Farnes",
; de Hoge Venen, vlakbij het hoogste punt van België: Baraque Michel. Het is er donker en mistig en doodstil. Rondom me heen staan bedroefde dennen te druipen in een drassig veengebied. Gisteren hebben we hier ook al  gewandeld onder een grauwe hemel waar zo nu en dan een regenbuitje uit valt;  "een ideale plek om een lijk teverbergen zonder dat iemand er ooit nog iets van merkt", aldus H. We hebben over plankieren gelopen die over het drassige veen zijn aangebracht, maar al naar enkele honderden meters blijken te zijn ingestort. We moeten dus toch door het drassige veen heen. Gelukkig blijkt de bodem steviger dan het plankier deed vermoeden. Even verderop is het gehele plankier weggespoeld en enkele tientallen meters verder neergekwakt. Het kan hier dus aardig spoken, maar dat vermoedden we al, indachtig de gebroeders Dardenne. Vandaag zijn we op de al weer derde bewolkte dag gezamenlijk een rondje wezen fietsen in de ,buurt van Sankt Vith. Uitgestorven dorpjes tussen groengrijze heuveltjes. Goed te fietsen, al raken we halverwege de cirkel ondanks het door mij meegenomen GPS apparaat toch het spoor bijster. Daarmee had ik vandaag tegenover H. de blits willen maken. Ze heeft niet eerder met mij op en GPS traject gereden. En uitgerekend vandaag raak ik de weg kwijt. Tot mijn grote schande moet ik de weg vragen aan een oud dametje. Tsja.

Gisteren was het ook al mis. Na mijn eerste beklimming stond ik op een helling volledig geparkeerd, amechtig hijgend over mijn stuur. Moedeloos ben ik teruggegaan. "Ik krijg hem nit meer omhoog", kermde ik tegenover H., "mijn fiets dan!". Mijn tijdperk als fietser zat er definitef op, er was geen ruimte meer voor een andere conclusie. Totdat ik vandaag dat hellinkje nog eens met de auto deed en een bordje met 20% langs de weg zag staan. Uit een beschrijving die ik mee had genomen bleek dit de steilste helling uit een parcours dat op een schaal van 10 een 9 als moeilijkheidsgraad had gekregen. Alleszins begrijpelijk achteraf dat ik moeilijk kwam te zitten. Om dat te vieren ben ik dus vanmiddag nog maar even naar 1500 meter hoogte gereden. Fluitend! Ik ben nog alive and kicking!!

vrijdag 31 maart 2017

De moestuin vergt het uiterste van de mens

Onmiskenbaar tekenen zich hier de contouren af van wat onze moestuin moet worden. De kenner ziet het al. Onder het plastic zijn de spinazieplantjes gepoot en daarnaast, ten weerzijden van de planken, de boontjes. Althans dat dácht ik; terwijl er op het etiket toch overduidelijk staat: DOPERWTEN!. Dat krijg je er van als je in je enthousiasme alleen maar naar de afbeelding kijkt en onmiddellijk aan de slag gaat. Volgens mede tuinierders Cor en Marianne heb ik de boontjes, lees erwten, veel te vroeg in de grond gestopt; dat moet pas na ijsheiligen. Ik heb geen idee wanneer dat is, ik zal er het internet op naslaan, je kunt als kweker tegenwoordig niet zonder de nieuwe media. Nu het erwten zijn in plaats van boontjes hoop ik inderdaad dat meer dan de helft alsnog door een late vorstnacht het loodje moet leggen. Dan kan ik er alsnog heuse sperziebonen voor in de plaats zetten. Een getraind lichaam (spitten, op de knieën peultjes instoppen), een gezonde geest (kennis van de nieuwe media, planmatig te werk gaan); bij het moestuinieren komen alle hoedanigheden van de mensch van pas; ook de vaardigheid 'goed lezen' dus:



zaterdag 18 maart 2017

Tussen de asfalthopen van eeuwen her

Wegens hagelstenen, regen en wind is onze wandeling in het noord westen van La Palma afgelast. De tocht naar de kraterrand die wij eerder al hebben gedaan is ook afgelast wegens sneeuwval en ijsafztting. Waarmee maar gezegd is dat het ook voorde kust van West Afrika aardig kan spoken in maart. Niet zo raar als je beseft dat de bergen op La Palma en Tenerife behoren tot de hoogste van heel Spanje inclusief de Sierra Nevada. Die op Tenerife, die we eergisteren trots zagen liggen boven het wolkendek, is zelfs de allerhoogste van heel Spanje. Er zijn ook bijna nergens eilanden te vinden met zulke steile hellingen, weet de gids ons vandaag te vertellen. Als vervangende wandeling trekken we vandaag door het wonderlijke, ruwe landschap van voormalige vulkaanuitbarstingen. Lavastromen en pyroclastische bergen wisselen elkaar af of de vulkaanuitbartsing vorige week heeft plaats gevonden. Het blijkt er een te zijn van 1949, maar in geologische termen is dat eergisteren. De vorige uitbartsting dateert van rond 1400, maar ook daarvan zijn de sporen overal aanwezig. De gedachte dat we toch maar kleine, onbeduidende wezentjes zijn dringt zich hier op.

Toch lopen die onbeduidende wezentjes met elkaar bergafwaarts luid de verkiezingsuitslag te bespreken. In het gezelschap blijkt zich nog een hartstochtelijke PvdA stemmer te  bevinden. Samen bespreken wij de telloze fouten die Asscher in de campagne heeft gemaakt. Maar als ik opper dat we nu maar moeten gaan fuseren met Groen Links spuwen haar ogen net zo veel vuur als de vulkaan achter oons ooit deed. Never, we blijven ons sociaal democratische gedachtengoed trouw en gaan niet samen met die modieuze Groen Linksers. Nou, dat wordt nog wat als we weer terug zijn.

Ondertussen glijdt een oudere vrouw uit over een steen en breekt of kneust haar pols. Dat is niet duidelijk, maar ze rreigt flauw te vallen. Behoedzaam begleidt ik haar als een ware Gutmensch aan mijn arm naar beneden. De gids maakt een provisorische mitella. Later zie ik haar terug in het hotel. Haar pols blijkt op twee plaatsen gebroeken. Terecht dus dat de gids er op stond dat ze met de ambulance werd opgehaald, ondanks de bezwaren van de dame in kwestie dat het allemaal wel mee viel.

We sluiten 's s avonds ons zeer geslaagde verblijf af met een heerlijke maaltijd bij de Thai hier in het hotel. In de grote zaal geeft iemand een pianoconcert ten beste dat in de Doelen in Rotterdam niet zo hebben misstaan.

La Palma sluiten we in ons hart ondanks het sterk wisselende weerbeeld.

vrijdag 17 maart 2017

Is Nederland nu een bananenrepubliek geworden?

Was ik drie dagen geleden nog lid van een van de steunpilaren van onze Nederlandse democratisch bestel, ik behoor nu tot de aanhangers van een obscure splinterpartij die haar inspiratie nog haalt uit afgestorven vormen en gedachten. Sociaal-democratie, dat is iets uit de twintigste eeuw, toen de wereld nog verdeeld was in heel veel arbeiders en heel weinig kapitalisten. Toen men ’s ochtends of s‘avonds halsreikend uitzag naar het rode ochtendkrant of het bezonken avondblad, in de weekenden naar de vele linkse weekbladen uitkeek die gelezen werden door jong en oud, naast onze zuil de liberale en de confessionele met bijbehorende instituten als vakbeweging , krant, omroep.. Dat is nu allemaal voorbij; een van de laatste fenomenen uit de vorige eeuw, de PvdA, bestaat niet meer. Jawel, VVD, CDA en D66 horen ook nog heel erg bij de twintigste eeuw, maar liberalisme en confessionelen belijden inmiddels het beschaafde populisme en D66 is inmiddels D 2.0 en heeft al haar kroonjuwelen uit de vorige eeuw bij het oud vuil gezet, wie hoort hen immers nog over de gekozen burgmeester of het referendum? Nee de PvdA was nog echt authentiek; Morgenrood en De Internationale, en heeft dat nu moeten bezuren. Jongeren spreken die taal niet meer en de vele allochtone aanhangers hebben nu hun eigen partij gekregen.
Zo maar wat gedachten op een ver, winderig eiland voor de kust van West Afrika.
Daar is het eigenlijk veel minder warm dan gedacht. Vandaag tegen de noordelijke flanken van de Caldera Taburiente, alwaar we urenlang langs een irrigatiekanaal liepen, soms door nauwe soms driehonderd meter lange tunnels waarbij het dragen van helmen bepaald geen overbodige luxe was, was het in de kille wind een graaf of 13. Ik meende dat je op de Canarische eilanden kon volstaan met bloezen met korte mouwtjes, en had dus niks anders ingepakt. Ik was heden maar wat blij met de knalroze sweater van mijn dochter die gelukkig zelf haar windjack had meegenomen. Als een vrolijke homo kroop ik door tunnels en klom ik over glibberige trappen naar boven. De nogal nichterige Belgische gids huppelend achter me aan.
Gister hadden we een dagje vrij en sjeesden we in een huurauto naar de verondersteld veel zonniger westelijke kant van het eiland. Maar daar bleek het al even winderig en bewolkt als aan de oostkant. We hebben het hele noordelijke deel van La Palma gedaan en ontdekten dat dit gebied er uit ziet als een groot hobbitlandschap met heel veel groen en talloze bloemsoorten. We waanden ons in een Frans aandoend lenteparadijs. Toen we ook nog een zeer Hollands uitziende fietser met Urlaubfietstassen tegenkwamen (onze duimen omhoog) leek het of we op weg waren naar Dijon of zoiets.
Eergisteren was de spectaculairste dag. We hebben het dak van La Palma verkend waarbij we boven de wolken liepen. Aangezien die tot bijna aan de rand van de enorme krater reikten die het midden van La Palma vormt leek alsof we op we in een sprookje terecht gekomen waren; Jassie en Mathias op de rug van een enorme, zwarte draak vliegend tussen de wolken. Onvergetelijk.
De wandeltocht voerde ons lange talloze telescopen die op deze plek staan opgesteld, de grootste concentratie van heelalkijkers van het hele euraziatische continent. Daarbij noemde de gids zoveel getallen dat ik het allemaal onmiddellijk weer vergeten ben. Alleen de anekdote van de Belgische telescoop die ondanks de felle wind werd opengezet waardoor de helft wegwaaide en nooit meer is teruggevonden, is me bij gebleven.
Inmiddels weet ik ook, dankzij een kleine spijkertje in mijn hoofd hedenochtend nadat ik mijn PvdA verdriet wegdronk, wat de lekkerste wijn hier is, Hoyo Mazo van een plaatsje hier maar een paar kilometer vandaan. En bananenplantages zijn hier zoveel dat La Palma met recht een bananenrepubliek genoemd mag worden. Nederland zonder de PvdA, is dat eigenlijk ook niet een bananenrepubliek?


dinsdag 14 maart 2017

Beter wijn drinken dan erin verzuipen

We zijn alweer twee wandelingen verder. Gisteren was het echt afzien tijdens een tocht die getooid was met de verleidelijke, misleidende naam: “tocht door het sprookjesbos”. Eerst moesten we een hoogte van ik schat een vierhonderd meter overwinnen in nauwelijks een kilometer, precies een stijgingsgraad van 40 %, in normaal Nederlands: een trap, en dan niet zo een met keurige treden maar willekeurig neergedonderde rotsen. Het gezelschap dat voor het merendeel bestond uit lieden van mijn leeftijd pufte en gromde dat het een aard had. Gelukkig ging het daarna enigszins rustiger door het beloofde sprookjesachtige nevelbos, inderdaad fraai. Zeker als je een Vlaamse gids hebt die regelmatig uitweidt over de vegetatie ter plekke. Zo leerde ik dat de Gagelboom de grondstoffen levert voor de productie van bier, vergelijkbaar met hop. Dat de eetbare laurier zich van de giftige onderscheidt door minuscule bruine puntjes aan de onderkant van het blad en dat zwart gras wordt gekenmerkt door witte bloempjes. Ratten worden high van de voor ons giftige, vuurrode laurierbladen . Ze klimmen dan soms als gekken in bomen en vallen daar dan weer uit. Een fraai exemplaar met gebroken nekje versierde ons doorgangspad. In San Bartelomeo dronken we wat in een barretje bij het kerkje voordat een heldhaftig gezelschapje waaronder Jasmijn en ik koos voorde zware route de kloof in en weer uit. De rest, vrijwel alle vrouwen met het enigszins opgeluchte partners, kozen voor de slappe makkelijke route rechtstreeks naar beneden. Nou, we hebben het geweten, het was meer dan pittig. Op een of twee wat oudere mannen na, eindigde ik de afdaling als laatste. Toen ik even trots wilde vaststellen dat ik van het gezelschap toch zeker de oudste was bleken er twee lieden nog veel ouder dan ik, de oudste zelfs 72. Enigszins beschaamd incasseerde ik de wat geringschattende lachjes van deze helden.

Vandaag zijn we wederom met de bus een deel van hetzelfde gezelschap als gisteren, afgereisd naar de zuidelijkste punt van “Isla Bonita” La Palma waar de vulkaan Sint Antonio hebben is bezocht en we urenlang hebben rond gestapt in de stoffige zwarte aslaag die de gehele zuidelijke punt bedekt. Imposante lavamassa’s herinneren aan de laatste uitbarsting die nog maar in 1971 heeft plaats gevonden. Onze vrolijke Vlaamse gids geeft honderden wetenswaardigheden over het gebied en weet zonder enig probleem alle uitbarstingen van de laatste vijfhonderd jaar te geven met daarbij dde precieze duur van alle uitbarstingen. Die worden steeds korter, geen reden dus om op dit moment een grote uitbarsting te verwachten, zo verzekert hij ons geruststellend. We komen bij een rots waar behalve plantjes die nergens anders ter wereld voorkomen tientallen hagedissen en gekko’s heen en weer schieten. Een gaat er vandaar met een stukje banaan. Bananen komen in dit gebied op de zuidelijke hellingen  veel voor, allemaal onder daken van doek en plastic. Niet fraai maar wel effectief. La Palma levert van alle Canarische eilanden de meeste bananen, die grotendeels naar Spanje gaan. Ook wijnbouw komt veel voor, zo zien veel vlak tegen de kust aan liggende wijngaarden die het blijkbaar uitstekend doen op deze vulkanische bodem. “Nou dat valt tegen” weet onze Vlaamse gids; “voor elke plant is er eerst een gaatje geboord van vijf meter diep, om de wortels de kans te geven in de aarde onder het vulkanische gruis.” En dan te bedenken dat de wijnhandel is ingestort onder het geweld van Australië en Chili en dat alleen nog maar voor lokale consumptie wordt geproduceerd. “Dus wijnvelden verwaarlozen of meer wijn drinken”, merkt iemand op. De Palmezen lijken voor de laatste optie te kiezen. 

zondag 12 maart 2017

kou lijden voor de kust van West Afrika

Mama Mia, here I go again, how can I resist you. Terwijl ik dit schrijf klatert het geluid van de tweemansformatie (een man met synthesiser waarop tegelijkertijd talloze instrumenten ingeprogrammeerd meespelen en een vrouw, die alleen maar zingt) in de grote zaal van Hotel Las Olas, Las Cancajos, La Palma. Ikzelf zit achter mijn laptop luidkeels mee te zingen, beneden gaan de oudjes (oudjes,ze zijn verdormme allemaal van mijn leeftijd!), uit hun dak. Zo maar een willekeurige zondagavond op deze vulkanische berg voor de kust van West Afrika. Daar ben ik met Tui Flight Airways (is dat een zelfstandige luchtvaartmaatschappij heb ik me de gehele vlucht zitten afvragen) tesamen met mijn dochter Jasmijn neergestreken om een week te gaan wandelen. Ja, je leest het goed, deze hater van het lopen gaat een week globetrotten op de groene hellingen van de Caldera Taburiente zeg ik nu zo maar even uit mijn hoofd, morgen nog een keer opzoeken in mijn duitstalige reisgidsje, het enige dat H. in haar doorgaans toch onuitputtelijke boekenvoorraad kon vinden.
Vanmiddag scheen de zon uitbundig en beantwoordde de algehele entourage precies aan hetgeen ik dacht aan te treffen. Tegen de avond is het helemaal grijs en wandelen we langs het water dat schuimend te pletter slaat tegen de vulkanische stenen met een fanatisme of het voor de eerste keer is (hetgeen ik voor elke afzonderlijke golf die midden op de Atlantische Oceaan ineens verbaasd een stukje land tegen komt inderdaad niet uit sluit). Ineens realiseeer ik me dat ik behalve talloze kortgemouwde hempjes geen enkele trui of jasje met lange mouwen heb meegenomen. Dat wordt nog afzien hier op deze ongenaakbare verste uithoek van het rijk der Canarische eilanden

donderdag 2 maart 2017

Het verhaal van de stadsman en de riek

Buurvrouw Ria met wie ik samen een moestuin ga beheren, zegt me dat het beter is om de grond om te spitten met een riek in plaats van een schop. “Dat voorkomt blokvorming d. Later moet je al die blokken weer fijn gaan hakken”. Ik verwissel daarop de schop voor de viertand maar raak al spoedig met dat ding verward in een bos wortels. Als gevolg daarvan steekt één tand spontaan plots eigenwijs een andere kant uit en is het niet meer mogelijk het ding nog in de grond te steken. Ik besluit de riek met de scheve tand in een bankschroef te steken en voorzichtig terug te buigen. Met een droge knal breekt die tand na enig gewrik af. Schuldbewust gaat de stadsman bij landman Kees, de materialenman op Popkensburg, langs. Kees wenkt me om met hem mee te komen naar de werkplaats. Hij zal mij met zijn grote ervaring op het gebied van machinerieën en gereedschappen in de landbouw vertellen wat ik fout heb gedaan. Hij pakt een riek en zet die niet zoals ik in een grote houten bankschroef maar juist in een kleine metalen. Niet helemaal vastzetten aan het begin, zoals ik deed, maar juist aan het eind, zodat het metaal meer speelruimte heeft om mee te buigen  . Kees buigt behoedzaam de riek en: “knap”, met een even harde knal breekt ook zijn riek. Beteuterd aanschouwt landman Kees zijn tot driepoot gereduceerde hooivork. Ik schiet in de lach; een merkwaardige mix van opluchting en leedvermaak maakt zich van mij meester. Moraal: zo veel verschillen stadse lui en boerenlieden nou toch ook weer niet. 

maandag 27 februari 2017

Partito a San Lorenzo

Alweer twee verjaardagsfeestjes verder kunnen we met genoegen vaststellen dat Popkensburg als feestlocatie uitstekend voldoet. De gemeenschappelijke ruimte die op het eerste gezicht het meest geschikt lijkt voor bingomiddagen blijkt met enige lichte ingrepen met slingers en lampionnen om te toveren in een alleszins acceptabele verjaardagsruimte uit de jaren vijftig. Stoelen in een enorme kring, een tafel met bier en wijn erop aan de kant. Knapperende haardvuur aan. Of zoals op de tweede avond met de kindertjes en aanhang: een lange aaneengesloten tafel waarop uit de gaarkeuken frieten, kroketten en frikandellen worden geserveerd. Met sla en appelmoes en ijs toe. Zeg maar eens dat dat geen verjaardag maaltijd is.
Op deze manier kunnen we met zijn tweeën in mijn relatief kleine huisje toch met bijna 40 man een housewarming en verjaardag vieren (H. is vijf dagen na mij jarig; twee watermannen op een kussen, daar slaapt gegarandeerd geen duivel tussen!).
Dat wordt in het late voorjaar op het groene grasveld naast de boerenschuur een heuse Bertoli-middag en -avond (veel tafels met wapperende kleden, gastheer en gastvrouw met de schort aan, dampende spaghetti in grote pannen, alom korfvuren. Aan de bezoekers zal worden gevraagd zich te kleden als Italiaanse filmsterren en diva’s).
Kortom: Popkensburg wordt Castello Bambole!

zaterdag 18 februari 2017

De landman peinst boven zijn akker

Terwijl heel ver weg Trump zijn eigen waarheden creëeert, Afrikanen door de hekken bij Ceuta breken, Rutte zijn laatste persconferentie geeft en Peter R. de Vries zijn mening geeft over alles, spit ik op mijn akkertje schop voor schop de blauwzwarte klei om. Ria mijn buurvrouw zowel in de boerderij als wat de aangrenzende akker  betreft, komt de grond omspitten met een riek. “Dat levert niet van de blokken aarde op die bij het opdrogen keihard worden”. Zo leer ik elke dag bij. Andere buurvrouw Marjan legt me uit dat die vogel met die lachende kwetter een specht is. En in de middag is de lucht voortdurend gevuld met in V formaties over trekkende ganzen. Ze komen allemaal vanaf de kust aanvliegen. Ganzen zullen niet van west naar oost de Noodzee overtrekken schat ik zo in, dus waaraschijnlijk vliegen e maar heen en weer om de vleugels soepel te houden. Al kan ik niet helemaal uitsluiten dat het toch migranten uit Engeland zijn die zojuist het continent zijn binnengevlogen. Nergens paspoortcontrole, nergens oponthoud. Ach, als we allemaal eens wat meer vanuit vogelperspectief naar de aarde zouden kunnen kijken.

dinsdag 14 februari 2017

Met vlag en wimpel

En wat had ik gevraagd hier op Popkensburg voor mijn verjaadag en kreeg ik vanmorgen ook? Een wimpel voor de aan de vlaggemast die hier pal voor mijn deur staat. Je bent een kasteelheer of je bent het niet, nietwaar? Fier wappert nu het Zeeuwse vaandel hier voor mijn boerderij!

Hierbij past het Zeeuwse volkslied waarvan ik alleen een deel van het refrein ken: "Goed Zeeuws, goed rond":. Dat zal op de Zeeuwse boerinnen slaan.

Enfin kijk zelf hoe fier het lint wappert. Alleen bij westenwind, zo waarschuwt Kees, de tuinman die alles weet over de omgeving hier, komt dat ding onherroepelijk in de boomtakken te hangen. Nou ja, dan zagen we die boom maar om, bomen genoeg hier.



maandag 13 februari 2017

Eens een boterletter, altijd een boterletter

Een van de mooiste dingen aan onze 'nieuwe'Peugeot 206 vind ik toch wel de autosleutel met afstandsbediening. Ik ben 15 jaar zonder eigen auto geweest. Toen was de afstandsbediening nog niet algemeen in zwang. Ik krijg er maar geen genoeg van om vanaf 100 meter de lampjes aan en uit te laten floepen.Het geklikklak dat er bij hoort geeft een gevoel van MACHT. Dat apparaat daar doet wat ik wil! Het is allemaal reuze kinderachtig, maar auto's maken van mannen kinderen, dat is toch algemeen bekend. Nou ja, na ongeveer een week dreigde ik voor de zoveelste keer door boterletterig gedrag dit belangrijke bling-bling speeltje alweer kwijt te raken. Wat wil het geval? Na het joggen stopte ik mijn trainingsjasje in de wasmachine met de sleutelbos er nog in. Je kent toch die reclame van die man die verbijsterd door het raampje van de wasmachine tuurt omdat hij zijn mobile in zijn broekzak heeft laten zitten? Welnu, dat gevoel ongeveer overkwam mij. Ik ben toch ook een lul-de-behanger ook! twee jaar geleden zat ik in zuid Frankrijk vrolijk met een electronische sleutel van een huurauto in mijn zwembroek tot mijn middel te zonnebaden in een Frans riviertje. Die sleutel begaf het. Deze sleutel bleek het echter nog te doen doen. Ik had hem in mijn achterzak die stevig dichtgeritst zat. Dat jasje van de Aldi blijkt super waterdischt. Dat kan ik nu in elke consumetentest met de hand op mijn hart verklaren.Helaas is het jasje al vijf jaar oud en zal het niet meer verkocht worden.
En ondertussen kan ik met mijn kinderachtige tijdverdrijf vrolijk doorgaan.

vrijdag 10 februari 2017

Hoe ik onverwacht meehelp Rome te ondermijnen

“Daar gaat een dominee voorbij”  laat een van de bewoners niet na telkens op te merken als er tijdens de ochtendkofie een stilte valt. En vandaag was de dominee er dan echt. Ik kwam later binnen en heb me keurig aan hem voorgesteld. Wel met de opmerking: “Ik ben zeer ongelovig”.  “O, kan dat dan hier ook al?” riposteerde de dienaar Gods voor zijn doen opvallend ongelovig. Hij ging er klaarblijkelijk van uit dat iedereen die huurt van de “Maatschappij voor Welstand onder protestantse landlieden in zuidelijk Nederland” dan ook wel  lidmaat van zijn kerk is. Niet dus.
Hoe zit dat dan met die Maatschappij met die lange naam? Twee weken geleden was de penningmeester van onze verhuurder op bezoek en van hem hoorde ik het verhaal. In 1822 raakte de protestants kerk haar positie als staatskerk kwijt. Tot die tijd waren ambtenaren in de generaliteitslanden protestants christelijk. Dat hield toen ineens op. Veel protestanten in Brabant en Limburg kwamen zonder werk en woning te zitten. Een stichting werd opgericht om hen te ondersteunen door het aankopen van vooral landbouwgronden. Daardoor werden die mensen aan nieuwe inkomsten geholpen, al zal menige voormalige douanier met veel tegenzin de schop in de zandgrond hebben grestoken.

Tsja, daar zit ik nou als voormalig katholiek te huren van een instelling die met behulp van de rendementen van haar bezit (waartoe Hof Popkensburg) het paapse bastion in Brabant en Limburg van binnen uitholt .Nou ja,  vanuit de constatering dat de katholieke kerk zelf minstens even hard bezig geweest is om haar instituut uit te hollen, kan ik wel leven met deze aanwending van mijn huurpenningen.

maandag 6 februari 2017

Weer even in de grote stad, meteen alles kwiijt

Als dorpeling kijk je in een grote stad voortdurend om je heen. Voor dat je het weet gaat er een of ander onguur type met je geld of spullen vandoor. Zo voelde ik mij ongeveer na een bezoek aan het International Film Festival Rotterdam midden in de biotoop waar ik 7 jaar lang heb gewoond. Nooit is in al die jaren van mij iets ontvreemd, al dat gezeur van provincialen over de gevaren van de grote stad leekTrumpiaans gezwets. Maar toch kon ik aan het eind van de filmdag (5 films van zeer wisselende kwaliteit) de volgende balans opmaken: verdwenen: 1 leesbril van 900 euro, 1 rugzak van 50 euro, 1 zonnebril van 25 euro, een kadootje voor Jurriaan van 19 euro plus nog wat kleingoed. Allemaal gejat daar? Nee, allemaal door deze Boterletter ergens laten liggen. Een halve dag ben ik langs kassa's, portiers en knooppunten voor verloren voorwerpen gesjokt om mijn spullen die ik overal had laten liggen, was vergeten of had laten vallen, terug te krijgen. Noppes. Allemaal spoorloos verdwenen na momenten van onachtzaamheid. Dus toch waar, al die verhalen over die grote stad? Neen, driewerf neen. Helemaal aan het eind van de avond ging ik nog eens langs de nachtportier van De Doelen. En ja hoor, daar stond mijn rugzakje met alles er nog in, inclusief het kadootje voor Jurriaan. En toen ik in de trein wilde stappen ging de telefoon. Een heel vriendelijke medewerker van het Oude Luxor vertelde me dat mijn bril was terugbezorgd door een bezoeker.
Dus, pronvincialen aller landen: Rotterdam zit vol met behulpzame eerlijke mensen die er moeite voor doen om verloren geaande spullen bij de rechtmatige eigenaar terug te bezorgen. En; provincialen: : ....let voortaan zelf een beetje beter op je spullen!

vrijdag 3 februari 2017

het lijkt wel lente, dus Sint Laurens kleedt zich luchtig

Een beetje genietend van het flauwe lentezonnetje slenter ik naar de bushalte van Sint Laurens. Vandaag ga ik mijn nieuwe tweedehandsje ophalen in Goes. De fiets blijft dus thuis, vandaag wordt het dus helemaal dorps, met de bus van Sint Laurens naar het station in Middelburg en dan met de boemel naar Goes.

Terwijl ik naar het busstation loop verbaas ik me over het enorme affiche voor ondergoed dat het bushok in Sint Laurens siert. Had ik hier niet verwacht. Maar “ziek’da noe hoe?” . Het vrouwspersoon met zeer weinig aan beweegt! In de toch nog frisse wind staat daar een bijna ontklede dame met openwaaiende regenjas tegen het bushokj e geleund. Een oost Europese dame die in Sint Laurens klanten probeert te werven langs de oude Rijksweg? Maar nee, ik kom terecht in een heuse fotoshoot. Een fotograaf drentelt heen en weer rond de dame in kwestie die nu toch echt staat te blauwbekken. Ik knik haar bemoedigend toe. Auto’s door de dorpstraat rijden nu zelfs nog langzamer dan de voorgeschreven 30 km. Ik pak snel mijn foon om iedereen te laten zien dat er in Sint Laurens toch echt wel wat valt te beleven zo nu en dan. Over vrouwenonderdrukking en zo hebben we het nou even niet, hè.

donderdag 2 februari 2017

Eén met de grond

“Wat ooit wankle, wat bezwijke
 Gij houdt immer trouw de wacht
Ja, gij blijft, als in ’t verleden
Ons ’t symbool van moed en kracht”
Deze  tekst hoort bij een bordje met een oranje leeuw dat altijd bij mijn ouders boven de deur hing. Gemaakt bij gelegenheid van 5 mei 1945. Dat bordje heb ik enkele dagen geleden boven de kamerdeur gehangen. Die gebeitelde zinnen typeren de sfeer die hier rust, met de nadruk op rust. Vandaag ben ik dan eindelijk begonnen mijn  landje te bewerken, het  uitgraven van oude stenen die paadjes vormden in een voormalig kruidentuintje van een ander. Tesamen met drie andere bewoners planten en zaaien we daar dit voorjaat spinazie, boontjes, bietjes en al het andere dat slakken en konijnen voor ons over laten. Dat wordt dus komende week eerst spitten, compost erover en dan een omheining er om heen. De konijnen zijn we dan de baas, op een milieuvriendelijke manier om slakken te blokkeren wordt nagedacht door degenen die daar verstand van hebben (ik niet). Ik ving ooit in mijn tuintje aan de Veersesingel slakken in schaaltjes met bier. Die beesten vonden dat zo lekker dat er steeds meer op af kwamen. Zo had ik een hele tuin vol lallende slakken. Dat moet dus op een efficiëntere manier kunnen.
Terwijl ik aan het werk was in de lauwe voorjaarslucht, het was vandaag ineens een graad of 10, hoorde ik  boven me in de blauwgrijze lucht vluchten met ganzen voorbij komen. Het was precies zoals ik het me hier had voorgesteld.
En die rugpijn na afloop nemen we op de koop toe. De zelfgemaakte appelmoes smaakte er nog lekkerder door.
Nu hoef ik alleen nog maar Godvrezend te worden. Om het uur doet het kerkklokje van Sint Laurens haar best me daaraan te herinneren.



donderdag 19 januari 2017

Een bekentenis

Het onderscheid tussen denkers en doeners manifesteert zich in de dagelijkse praktijk als het onderscheid tussen klussers en prutsers (maar dan in de omgekeerde volgorde).  Hoewel ik zeker geen groot denker ben, ben ik – zo heb ik afgelopen weken kunnen ervaren – wel een grote prutser.

Het is niet te geloven hoe ik van elk karweitje een reuze veel tijd, energie en zweet vergende kwestie kan maken, met telkens een pover resultaat. Drempels moeten twee keer worden gekocht,  schroeven blijken niet te passen, boutjes blijken te lang of juist te kort, lampen zitten nooit echt mooi strak tegen het plafond en wie presteert het om met een vlak naast een electriciteitsdoosje geplaatste schroef twee dagen lang de hele bovenverdieping lam te leggen. Als ik de stroom aanzette klapte de aardlekschakelaar er telkens onmiddellijk weer uit. Ik had alles nagelopen, alle apparaten en lichten afgekoppeld, stroomdraden aan koppelsteentjes gezet en toch bleef de aardlekschakelaar onwillig. Buurman Cor er bij gehaald. Die zag onmiddellijk dat ik een plaatje in het plafond had geschroefd zonder gebruik te maken van de daarvoor bestemde gaatjes in het afdichtplaatje. “Schroef die  er maar weer uit, dan zul je zien dat de storing is opgeheven”. Ongelovig  schroefde ik de desbetreffende schroef uit het plafond en warempel, alles werkte weer. De manier waarop buurman Cor vervolgens met mij als domme kracht een loodzwaar kastje vliegensvlug met draadloze electrische schroevendraaier waterpas en muurvast aan de muur zette, bevestigde mij nog eens in datgene wat ik al mijn hele leven weet, maar nooit wil toegeven: ik ben een man met twee linkerhanden. “Maar jij kunt weer een boek schrijven” sprak H. ’s avonds de troostende woorden. Maar dan te bedenken dat zelfs die verzachtende omstandigheid twee jaar gelden nog niet kon worden opgevoerd.

vrijdag 13 januari 2017

We hadden er flink de smor in (met een streepje door de o)

Vandaag met moeder  de vrouw een dagje woonbelevenissen opgedaan bij IKEA Breda met als onbetwist hoogtepunt de Zweedse gehaktballetjes , voorzien van prikkers met Zweedse vlag. Wat kan het leven toch intens geluk bevatten als men met een boodschappenwagentje langs woon- slaap en studeerkamers, keukens en badkamers scheert. Angstvallig beperkte ik me tot mijn reeds thuis gemaakt lijstje, dat zich allengs vulde met behulp van minuscuul potloodje neergeschreven namen die enigszins  Zweeds klonken. Al kan ik me bij aanduidingen als Plundera en Klockie nauwelijks voorstellen dat dat Zweeds is. Ook woso (telkens streepjes door de o) voor een wasmand lijkt me erg sterk. Maar ja, mijn Zweeds staat op een zo’n laag peil dat ze me werkelijk alles wijs kunnen maken. Gaktbollen (weer met streepje door de o) voor gehaktballetjes geloof ik ook niet. Maar smor voor jus geloof ik weer wel.
Volgens mij verdient IKEA nog het meest aan de lampenafdeling. Ook al heb je je daarvoor nog zo sober gedragen, eenmaal op de lichtafdeling gekomen gaan alle remmen los. “Wat led je?”is de leus waarmee IKEA de laatste euro’s uit je zak trekt.  Ook de badafdeling biedt een keur aan glimmende zeepbakjes, handdoekenstangen en wastafelplankjes waar ik niet tegen ben opgewassen. Alsmaar hoger werd de hoeveelheid troep in ons boodschappenkarretje.

“Tafelkleden zijn blijkbaar uit” hoorde ik een zichtbaar teleurgestelde vrouw tegen haar vriendin zeggen. Maar ik ging tevreden huiswaarts met een batterij ledverlichting waar de atoomcentrale bij Borssele de komende dagen overuren voor moet draaien.

donderdag 12 januari 2017

In Zeeland gaat veel onder de toonbank

Klussen gaat altijd in tweeën. De eerste keer doe je het fout, de tweede keer goed. Zo geschiedde met de kleur op de muur, zie een van de vorige episodes. Zo geschiedde met de drempel. Een mens kijkt nooit naar de manier waarop een drempel is ingebed in deurpost. Ik ging dus maar een beetje aan het improviseren en past de dorpel precies tussen de deurstijlen. Mis. Een drempel hoort precies onder een deur te vallen en dat is nu juist NIET tussen de deurposten. Opnieuw naar de doe-het-zelver om een vers nieuw drempelbalkje. Er kwam nog een hoop gefiguurzaag aan te pas voordat ik alle hoekjes die in deurpost zitten goed had. En dan vooral ook opletten aan de juiste kant beginnen te zagen en niet de hoekjes die er aan moeten blijven afzagen!
Zo ging het ook met het ophangenv an de lampen. Altijd weer een klotekarwei om die kapjes precies strak tegen bhet plafond te krijgen. De tweede keer lukte het beter.
Een rolgordijntje bleek precies niet te passen omdat het ijzeren buisje waaromheen het rolgrodijntje zat net iets uitstak. Dus nooit het rolgordijne als vertrekpunt nemen. Gelukkig had ik een ijzerzaagje, al moest ik toch nog twee keer naar de doe hetzelfzaak om de juiste ophangnokjes te vinden. Die bleken alleen te zitten in een grote bak die na enige zoeken onder de toonbank stond. In Serooskerke worden rolgordijnen onder de toonbank verkocht.

dinsdag 10 januari 2017

Daniel Blake maakt indruk

De poepkleur op de muur heb ik vandaag razendsnel vervangen door muisgrijs. Eigenlijk ben ik op kleurengebied een bangeschijter. Zit er een gedurfd kleurtje op mijn muur, kalk ik het weer snel over. Lafbek!
Maar de verfklus is geflikt, de steiger kan weer naar buiten. De pneumatische hamer gaat onverdroten voort  vandaag. Ik maak met de mannen wier gelaat een vuurrode steenkleur heeft aangenomen, een praatje. Ja, dit is het ware buitenleven. Als na de overvloedige regenval van de laatste dagen eindelijk een zonnetje door piept heb ik hier meteen een lentegevoel. Hoe zal dat over enkele maanden dan wel niet wezen? Ik mis Rotterdam eerlijk gezegd geen moment.

Eergisteravond met H. naar de film geweest in het knusse filmtheater in het Schuttershof. Geluid en beeldkwaliteit kunnen wedijveren met Lantaren Venster, alleen zit hier de bioscoop helemaal vol op een zondagavond. Het werd: ‘ I, Daniel Blake die door de bezoekers van Film by the Sea tot film van het jaar werd verkorzen. Dat las ik pas vandaag in de eerste PZC die ik op de boerderij ontving. Daniel Blake is een inderdaad een soms charmante, soms emotionele kijk in het leven van een alledaagse werkzoekende, die langzaam vermalen raakt in de molens van de bureaucratie. Daar komt hij een vrouw regen met wie hij zijn lot deelt. Na afloop is het stil in de zaal. Iedereen is geraakt. 

maandag 9 januari 2017

kaas met chocola

De idyllische rust rondom Hof Popkensburg wordt wreed verstoord door het geratel van de pneumatische boor van de aannemer die de muren van “mijn”boerderijtje aan het repareren is. Alle loszittende cementresten worden verwijderd, wat betekent dat zowat alle cement tussen de stenen wordt uitgeslepen. Ook zogenaamde “valse” stenen, stukjes steen die in het verleden opengevallen gaten hebben afgedicht, gaan mee. Al met al lijkt mijn nieuwe onderkomen momenteel op een gatenkaas.
Binnen ga ik de muren te lijf met wit en leverkleur. Dat laatste lijkt een faliekante misrekening. Daar waar ik op basis van een ultra klein kaartje een donkergrijze tint in gedachten had blijkt de kleurenmachine van de doe-het-zelver in de buurt een soort chocoladepudding bruin te hebben geproduceerd. Ik smeer het er toch maar op. Daar kijk is dus de komende periode tegenaan; een wand in de kleur van Belgische bonbons.

Belgische bonbons met kaas, zo  kan men mijn nieuwe onderkomen momenteel dus het beste karakteriseren.

vrijdag 6 januari 2017

Wie is de mol in Popkensburg?

De eerste week zit er op. Bruine balken zijn zilvergrijs geworden en gele muren wit. Ik heb 3 koffieochtenden meegemaakt en een bewonersvergadering. Behalve een schelpenpad dat verlengd moet worden en een specht die een gat in een van de hoekwoningen heeft gemaakt was er weinig te melden. Mijn allereerste opmerking tijdens mijn allereerste vergadering betrof de overal opduikende molshopen. Moet dat ondermijnende beest niet worden aangepakt? De respons was opvallend lauw. Zo lang die mol niet in de eigen tuintjes opduikt mag íe zijn gang gaan. “Wie is de mol”is hier: “Leve de mol”. Daar moet ik als vml. grootstedeling nog even aan wennen. 

zondag 1 januari 2017

De her-inburgering is begonnen

Voor ons geen Claudia de Brey of Xavier Guzman op oudejaarsavond. Tesamen met vrienden Jack en Ursula speelden wij het Zeeuwse ganzenbord, waardoor ik nu weet dat naast de PZEM voor de rest van Zeeland Sint Maartensdijk een eigen energiecentraletje had in de vorm van een stoomgemaal. Daar woont tegenwoordig de bedenker van dit ganzenbordspel Kees Slager in. Ook weet ik nu dat een Zeeuw altijd weet of een woord in het Nederlands met korte of lange eid/ij geschreven wordt. Een lange ij wordt altijd ie, een korte ei blijft ei. De mensen die in 1733 aanlanden in Hoofdplaat aan de Westerscheld waren geen Hugenoten maar geloofsgenoten uit Salzurg. En ga zo maar door. Om twaalf uur werden de speakers wijd open gezet en dansten wij de planken uit de vloer, tsamen met de inmiddels binnengekomen Ramon, Machteld, Kees, Amy en zus. Wil je het nadansen ? Dat kan: ga naar:(knippen en plakken)    spotify:user:tjeukie:playlist:1SRaYzs1Azg2MpXkNoUvgE