Totaal aantal pageviews

woensdag 31 augustus 2016

Onze harten juichen

Dinsdag 30 augustus, dag 2: Seatlle – Salmon Arm (Canada)
Voor Seattle duiken we meteen de file in. Een extra reden om even het centrum van Seattle in te duiken, zodat, als we weer verder gaan, de file is opgelost.  We beperken ons tot een bezoek aan The Public Library van Rem Koolhaas en kijken onze ogen uit. Van buiten is het een soort wafelijzer met het ruitjespatroon dat later ook zal verschijnen op zijn “ onderbroek”  in Peking, het gebouw van de Chinese staatstelevisie, dat ik met Jurriaan enkele jaren geleden ook heb bezocht. Binnen ontvouwt zich een gebouw “ zonder trappen”, dat Koolhaas elke keer weer opnieuw bouwt. De Kunsthal in Rotterdam, zijn eerste grote openbare gebouw, is er ook een voorbeeld van. Maar hier is het veel subtieler gedaan. Via een geleidelijk oplopende spiraal kun je alle verdiepingen bereiken, maar als je wil kun je ook gewoon de lift nemen. Elke etage heeft een andere kleur, van knalrood, via een helgele roltrap naar een staalblauwe verdieping. Het materiaalgebruik is  om het zachtjes uit te drukken gedurfd: metalen platen als vloerbedekking, vuurrook polyester in een boog gewelfd boven een trap die de gang daarin gepaard doet gaan met freudiaanse associaties, een plafond dat bestaat uit ingedrukte kussens en overal om je heen het wafelpatroon van de glazen wanden. Binnen een publiek dat bestaat uit een mengeling van studenten en zwervers. Wie in een stoel zit te slapen wordt niet met barse hand verwijderd. Kortom, echt het centrum van een metropool.



Daarna rijden we de States uit en worden verwelkomd door een zeer vriendelijke Canadese douanebeambte. Er ontvouwt zich een wijds panorama van bergen, onmetelijke vlaktes en wegen met op de prachtigste vrachtwagens; zonder uitzondering met blinkende grills, verchroomde enorme uitlaatpijpen en cabines in de meest felle kleuren. Een Canadese of Amerikaanse vrachtwagenchauffeur is trots op zijn wagen en laat dat uitbundig zien. Een enorm gevoel van vrijheid en blijheid bespringt ons, zeker als we onze meegebrachte ‘ on the road’ muziek aanzetten. Onze harten springen op als we door dit geweldige landschap rijden, het schitterend gelegen landhuis van Emily en Warner aan het Suswap Lake tegemoet.

Met de aarde meedraaien

29 augustus: dag 1 Vliegen van Amsterdam naar Seattle via Houston
We vliegen tegen de tijd in, of zo je wil, met de draaiing van de aarde rond zijn as mee, waardoor de tijd voor ons veel trager verloopt dan voor diegenen die met beide benen op de aarde blijven staan, dus het wordt maar geen avond. In Houston blijkt de 3 uur pauze die we hebben maar precies voldoende om door de douane te kunnen en de koffers weer door de screening te krijgen. In de rijd wachtende ontdekken we tv beroemdheid Sophie Hillebrand. Mooi, beroemde Sophie doet er net zo lang over als wij. Rechtvaardigheid bestaat dus nog. Pas als we in Seattle landen, 23 uur nadat we zijn opgestegen, begint het te schemeren. We voelen ons tamelijk brak en in een ellenlange discussie aan de balie van het autoverhuurbedrijf heb ik geen zin meer. Zoals gebruikelijk probeert de dienstdoende medewerker ons allerlei extra verzekeringen in de maag te splitsen. “ Heb ik allemaal al”, gooi er bits (naar de mening van H. te bits) uit. Wilt u dan niet een groter type auto, u moet er per slot 5 weken in leven (“ ja, jij zou dat niet kunnen met je dikke kont” denk ik), maar ik beperkt me  tot een kortaf: “ thuis hebben we helemaal geen auto, dus dit is goed genoeg”. Nee, ik ben niet altijd een vriendelijk ventje. Ons motel, vlakbij de luchthaven is gauw gevonden. We tuimelen in een diepe slaap.

zaterdag 27 augustus 2016

Om alvast in de stemming te komen

Om alvast in de stemming te komen is hier een link naar de spotify afspeellijst die we naar de VS meenemen.  (de onderstaande link kopiëren en in de zoekregel van je browser plaatsen en je hebt urenlang onze muziek aan je kop).Met dank aan mijn jongste broertje Frans die een enorme afspeellijst heeft waarvan ik er een hoop heb afgeplukt. Verder mijn eigen favorieten voor onderweg: Mark Knopfler, John Hiatt, J.J. Cale en speciaal voor deze gelegenheid: Tom Petty. Tot mijn grote droefenis blijken vrijwel alle albums van Neil Young van Spotify te zijn afgehaald. Die had er natuurlijk ook tussen gemoeten (nu maar één nummer). Pas op het allerlaatst bedacht ik me dat ook Elvis niet op deze lijst mag ontbreken waaronder enkele zeer vreemde bewerkingen van een obscuur album:"Viva Elvis".




https://open.spotify.com/user/tjeukie/playlist/6Y4v2Pn20T0EGvl1WwZlxl

donderdag 11 augustus 2016

We zijn nog niet thuis of we gaan alweer!

Als alles meezit zitten H. en ik vanaf 29 augustus in de Seattle, om van daaruit met een omweg via Salmon Arms in Canada een trip te maken per automobile door de noord westhoek van de VS. We schrijven er daar weer lustig op los, dus wie ons wil volgen wordt op zijn/haar wenken bediend!

Klik hieronder aan en je krijgt de voorgenomen reis te zien: (allerlei wijzigingen voorbehouden)
Een ding staat vast: start en einde in Seattle.

autoreis Canada VS september 2016 (instellingen gewijzigd, nu voor iedereen beschikbaar!)

dinsdag 9 augustus 2016

Enige stichtelijke woorden bij het einde van deze fietsreis

Zondag 7 augustus: Hedalen – Oslo 149,5 km
Ondanks het weer onwaarschijnlijk hoge aantal kilometers heb ik de tocht voor een klein deel zelfs nog per auto gemaakt. Wat wil het geval. In de omgeving van Oslo raakt ik in het ingewikkelde wegenstelsel volkomen vast. Ik zat op een gegeven moment op een autosnelweg; levensgevaarlijk met in twee banen langs je razende verkeer, en aan de andere kant een betonnen vangrail. Ik wilde er zo snel mogelijk van af en pakte de eerste de beste afslag. Die leidde echter naar een rotonde waarvan op één na alle wegen waren afgesloten. Die ene overblijvende weg bracht me na een stevige klim wederom op die vermaledijde snelweg. Ik keerde om en stond besluiteloos op de rotonde; wat nu te doen. Daar kwam een wielrenner aan, een wielrenster bleek. Ik informeerde bij haar naar alternatieve wegen om naar Oslo te komen. Die zijn er niet, zei ze. Alle wegen zijn afgesloten omdat er gisteren tijdens een noodweer een brug is bezweken. Daarom heb ik mijn zoon gebeld die me zo komt ophalen. Jij kunt ook wel mee. Ze was nog niet uitgesproken of er daalde van de snelweg een grote SUV naar beneden. Nog geen 5 minuten later zat ik in een sjieke auto die me met fiets en al op een prettige manier door de drukte rondom Oslo loodste.
Kijk, dat is nu het toeval dat me deze reis telkens te hulp is geschoten als ik weer eens in de nesten zat: de 70-jarige eigenaresse van de camping waar mijn tentje bijna verzoop, die me liet overnachten op haar droge zolder en alle spullen in de was en de droger deed; de man die mij als verregende fietser een caravan bood inclusief hete lucht kacheltje; de man in het eenzame huis die een verkleumde fietser koffie en pannenkoeken kwam brengen; de staafkerk met droge slaapruimte die ineens opdook toen ik echt niet meer verder kon.
Eigenlijk was deze reis een ouderwetse survivaltocht; proberen op de meest onmogelijke momenten iets te improviseren. En als je dat dan zelf niet lukt, dan is er altijd wel iemand die te hulp schiet.  Zo’n reis als deze, heeft niet zozeer te maken met lichamelijke inspanning (nou ja, ook wel hoor!) maar toch vooral met je instelling, mentaliteit. Als je bereid en in staat bent op alle momenten de omstandigheden als een gegeven te accepteren, waarmee je hebt te dealen, dan lukt het. Daarom blijf ik deze tochten ook alleen doen; het grote voordeel is dat je bij akkefietjes de schuld nooit op een ander kunt schuiven en boos worden op jezelf werkt ook niet. Ik vond het wederom een belevenis, die ik zeker weer ga herhalen, maar dan wel in een gebied met minder regen. Maar ja, daar is het dan weer vaak veel te warm. Kortom: ik weet het nog niet.
Ik sluit af met de tekst die op mijn t-shirt droeg. Een shirt dat ik vorig jaar aan moest als vrijwilliger bij het muziekspektakel ‘ O die zee’ en die achteraf gezien prima de essentie van het in je eentje rondtrekken op de fiets weergeeft :
Wie niet probeert
Kan heel lang wachten
Komt er niet achter
Wat ie begeert
Wie niet probeert
Moet het doen zonder
Mist een hoop wonder
Wie niet probeert
Wie niet probeert
Die leeft niet echt
Voelt niet de zege
Alleen het gevecht
(tekst: Huub van der Lubbe (zanger De Dijk) uit “ O, die zee” )



zondag 7 augustus 2016

De koorknaap heeft boete gedaan

Zaterdag 6 augustus, Hallingdal – Staafkerk Hedalen, 92 km

Zoals al vele malen gememoreerd vond ik het eigenlijk niet helemaal door de beugel, dat ik mij per treintje naar een hoogte van 1200 meter had laten tillen, om vervolgens weer makkelijk af te dalen richting Oslo. De oude koorknaap, die ik ooit was, wist dat dit bedrog, deze zonde, ooit tot penitentie, tot boetdoening voor de niet katholieken, zou moeten leiden. Welnu, die boetedoening heb ik vandaag gedaan. De kelk is tot de bodem toe leeg gedronken. Klinkt dit allemaal al niet kerkelijk genoeg, dat is het slot van dit verhaal dat ik de nacht doorbreng in een bijgebouwtje van een eeuwenoude staafkerk, een typisch Noors fenomeen.

Ik besloot, nadat ik weer een kilometer of 30 aan het dalen was op een doorgaande, nogal drukke rijksweg, het roer maar eens om te gooien, en ik sloeg de volgens mijn gps Nationale Fietsroute nummer 4 in. Al meteen begon de weg enorm te klimmen en ik moest dat vervolgens een halve dag volhouden. Daarna zat ik op 900 meter hoogte in een uiterst onherbergzaam Noors dennenlandschap



. Voor zover ik nog te weinig van de pure, rauwe, onbezoedelde Noorse natuur had meegekregen, kreeg ik het nu vierkant op mijn bordje geserveerd; het geheel overgoten met een zondvloed die onafgebroken duurde van half tien in de ochtend tot het moment waarop ik afstapte om half zes ’s middags. Om half vier ’s middags had ik in de gietende regen nog niks gegeten. Bij een eenzaam huis met een afdak met een tuinsetje eronder informeerde ik of ik daar mocht zitten om wat te eten. Dat mocht, sterker nog; een kwartier later kwam de eigenaar aanzetten met koffie en vers gebakken pannenkoeken. Kijk, dan ken ik de Noren weer.  Om half zes was ik inmiddels zo verkleumd (ik schat de temperatuur op maximaal 10 graden) dat ik nauwelijks meer kon remmen; afgezien van het feit dat mijn remblokjes bijna niet meer werken, ze moeten weer hoognodig vervangen worden. Met verkleumde handen kon ik dat wel vergeten. Toen ik stopte bij een staafkerk (een eeuwenoude houten kerk, opgebouwd volgens een bepaalde bouwconstructie waarvan palen (staven) op de hoeken de essentie vormen) wist ik één ding zeker; vandaag rijd ik geen meter meer. Ik ontdekte in een nabijgelegen gebouwtje namelijk een overkapte ruimte met een houten vloer die droog was; dat zou mijn nachtelijke verblijfplaats worden. Er kwam net een ploegje bezoekers uit de staafkerk; de gids informeerde naar mijn plannen en keek erg bedenkelijk. “ Dit is toch een kerk, een opvangplek voor daklozen” bracht ik als ijzersterk argument in. “ Doet u maar net of u mij niet gezien hebt, ik zal morgenvroeg op tijd weg zijn. Enigszins overtuigd verliet de gids het terrein en schrijf ik nu dit stukje met uitzicht op het 10 meter verderop gelegen kerkhof. Als de doden vannacht maar in hun graf blijven liggen! Tenzij ze warmte af geven; dan mogen ze lekker naast me komen liggen.

vrijdag 5 augustus 2016

Bijna alle sneeuw is weg

Vrijdag 5 augustus: Flam – Hallingdal trein: 50 km, fiets 75 km.
Gisteravond leerde ik even de andere kant van Noorwegen kennen. Vanwege de regen zocht ik een droge plaats op de camping in Flam om wat te kunnen lezen in Ilja Pfeijffer’s “ Brieven uit Genua”, waarin deze prachtige schrijver zijn licht laat schijnen op het Italiaanse leven in vergelijking met het Nederlandse en verder alles wat een mens beweegt; echt een boek voor in Noorwegen. Maar toen ik op een gegeven moment een blikje bier open trok, ging ik duidelijk te ver. “ That’s against the law, sir, You have to go”, zei een vrouw (de eigenaar van even verder gelegen eetkraampje, op bitse toon tegen me. “ En als ik nou wat bij jullie koop”. “No sir, it’s against the law. We’re gonna have trouble with that, so you must leave now” En daar ging ik met mijn fiets die ik als luiaard had meegenomen en een geopend blikje bier aan de wandel over de camping in de druilerige regen. Ik had de indruk dat iedereen in die man met in zijn ene hand een geopend blik bier en in zijn andere hand een fiets een notoire alcoholist zag. Noorwegen en drank, het blijft een probleem, de alcohol, in welke vorm dan ook is zeer beperkt verkrijgbaar, schreeuwend duur, er zijn geen cafe’s maar nergens zag ik de steden zoveel onvervalste alcoholisten, slapend in de goot, als juist in Noorwegen.
Vandaag heb ik me op genante wijze in de gisteren door mij gisteren onjuist, maar nu correct gespelde, Flambana trein naar een hoogte van 1000 meter laten tillen zonder er iets voor te doen. De trein zat stampevol; maar om te zeggen dat dit nou een belevenis van de eerste orde was., nou nee, Op een gegeven moment moet je er met zijn allen uit, sta je met honderden naar een enorme waterval te turen en doen een paar in het rood gehulde dames een dansje onder muziek die moet doen denken aan een aloude sage waarin Syrenen-achtige types bezoekers uit het dal trachtten te verleiden in de waterval te springen; een variant op de Lreley sage; kitsch van de bovenste plank natuurlijk. Verder valt er weinig te zien eigenlijk. Al die ophef wordt alleen gemaakt om zoveel mogelijk mensen naar boven te krijgen. Wel leuk is een gesprek met een Amerikaans stel uit Sacramento. Het gaat al snel over Trump. Volgens hen een gevolg van de stem van de vergeten groep, zoals je die langzamerhand overal hoort Maar ook Clinton vinden ze niks: “Really nobody likes her!”. Ze stemmen al jaren op de onafhankelijke kandidaat ook al weten ze dat die het in het twee partijensysteem nooit haalt. Zij is mondhygiëniste, hij neuroloog. Wat ze van Obama-care vinden: twee duimen omlaag. Nu moeten wij de verzekering betalen voor die dikzakken die een onverantwoordelijke gedragspatroon vertonen. Belachelijk. Laat iedereen voor zichzelf zorgen. Tsja, hier hoef ik met mijn sociaal democratische praatjes over solidariteit met en opkomen voor de zwakkeren natuurlijk niet aan te komen.
Ik reis nog door naar Finse, de hoogste piek hier in de buurt. Ik hoef dus alleen maar omlaag te rijden. Later heb ik er toch een beetje wroeging over dat ik het mezelf vandaag (en gisteren) zo gemakkelijk heb gemaakt. Ik ben nog genoeg katholiek om me ergens een beetje ‘ zondig’  te voelen over zoveel bedrog. En dat thermo-ondergoed dat ik onder mijn fietskleren heb aangetrokken hoeft helemaal niet. Ik stik na een kwartier al van de hitte. Het is gewoon lekker weer, een zonnetje af en toe en bijna geen wind ( en als die er is, zoals altijd in de rug,  terwijl ik nu toh de tegengestelde kan uit rjd naar het zuiden.



Enfin ik suis omlaag, aanvankelijk langs besneeuwde kale rotsen, ruisende rivieren en stille meren. Later komen er bomen bij en verdwijnt de sneeuw. Als ik het gebied binnen rij waar ik dit voorjaar nog met H. doorheen reed, de Hardanger Vida, waar in mei de sneeuw nog twee meter hoog laag en de meren bevroren waren en een met de omgeving, is alles nu groen en gewoon water, toch minder imposant dan in mei, toen ik het werkelijk een betoverend gebied vond. Waarmee niet gezegd is dat ik het niet nog steeds een prachtige gebied vind.
Op een gegeven moment zie ik een bordje: “ Oslo 200 km “ staan. Het einde komt nu echt in zicht. Nog twee dagen zal ik me af en toe laten nat regenen.

Bijna alle sneeuw is weg

Vrijdag 5 augustus: Flam – Hallingdal trein: 50 km, fiets 75 km.
Gisteravond leerde ik even de andere kant van Noorwegen kennen. Vanwege de regen zocht ik een droge plaats op de camping in Flam om wat te kunnen lezen in Ilja Pfeijffer’s “ Brieven uit Genua”, waarin deze prachtige schrijver zijn licht laat schijnen op het Italiaanse leven in vergelijking met het Nederlandse en verder alles wat een mens beweegt; echt een boek voor in Noorwegen. Maar toen ik op een gegeven moment een blikje bier open trok, ging ik duidelijk te ver. “ That’s against the law, sir, You have to go”, zei een vrouw (de eigenaar van even verder gelegen eetkraampje, op bitse toon tegen me. “ En als ik nou wat bij jullie koop”. “No sir, it’s against the law. We’re gonna have trouble with that, so you must leave now” En daar ging ik met mijn fiets die ik als luiaard had meegenomen en een geopend blikje bier aan de wandel over de camping in de druilerige regen. Ik had de indruk dat iedereen in die man met in zijn ene hand een geopend blik bier en in zijn andere hand een fiets een notoire alcoholist zag. Noorwegen en drank, het blijft een probleem, de alcohol, in welke vorm dan ook is zeer beperkt verkrijgbaar, schreeuwend duur, er zijn geen cafe’s maar nergens zag ik de steden zoveel onvervalste alcoholisten, slapend in de goot, als juist in Noorwegen.
Vandaag heb ik me op genante wijze in de gisteren door mij gisteren onjuist, maar nu correct gespelde, Flambana trein naar een hoogte van 1000 meter laten tillen zonder er iets voor te doen. De trein zat stampevol; maar om te zeggen dat dit nou een belevenis van de eerste orde was., nou nee, Op een gegeven moment moet je er met zijn allen uit, sta je met honderden naar een enorme waterval te turen en doen een paar in het rood gehulde dames een dansje onder muziek die moet doen denken aan een aloude sage waarin Syrenen-achtige types bezoekers uit het dal trachtten te verleiden in de waterval te springen; een variant op de Lreley sage; kitsch van de bovenste plank natuurlijk. Verder valt er weinig te zien eigenlijk. Al die ophef wordt alleen gemaakt om zoveel mogelijk mensen naar boven te krijgen. Wel leuk is een gesprek met een Amerikaans stel uit Sacramento. Het gaat al snel over Trump. Volgens hen een gevolg van de stem van de vergeten groep, zoals je die langzamerhand overal hoort Maar ook Clinton vinden ze niks: “Really nobody likes her!”. Ze stemmen al jaren op de onafhankelijke kandidaat ook al weten ze dat die het in het twee partijensysteem nooit haalt. Zij is mondhygiëniste, hij neuroloog. Wat ze van Obama-care vinden: twee duimen omlaag. Nu moeten wij de verzekering betalen voor die dikzakken die een onverantwoordelijke gedragspatroon vertonen. Belachelijk. Laat iedereen voor zichzelf zorgen. Tsja, hier hoef ik met mijn sociaal democratische praatjes over solidariteit met en opkomen voor de zwakkeren natuurlijk niet aan te komen.
Ik reis nog door naar Finse, de hoogste piek hier in de buurt. Ik hoef dus alleen maar omlaag te rijden. Later heb ik er toch een beetje wroeging over dat ik het mezelf vandaag (en gisteren) zo gemakkelijk heb gemaakt. Ik ben nog genoeg katholiek om me ergens een beetje ‘ zondig’  te voelen over zoveel bedrog. En dat thermo-ondergoed dat ik onder mijn fietskleren heb aangetrokken hoeft helemaal niet. Ik stik na een kwartier al van de hitte. Het is gewoon lekker weer, een zonnetje af en toe en bijna geen wind ( en als die er is, zoals altijd in de rug,  terwijl ik nu toh de tegengestelde kan uit rjd naar het zuiden.



Enfin ik suis omlaag, aanvankelijk langs besneeuwde kale rotsen, ruisende rivieren en stille meren. Later komen er bomen bij en verdwijnt de sneeuw. Als ik het gebied binnen rij waar ik dit voorjaar nog met H. doorheen reed, de Hardanger Vida, waar in mei de sneeuw nog twee meter hoog laag en de meren bevroren waren en een met de omgeving, is alles nu groen en gewoon water, toch minder imposant dan in mei, toen ik het werkelijk een betoverend gebied vond. Waarmee niet gezegd is dat ik het niet nog steeds een prachtige gebied vind.
Op een gegeven moment zie ik een bordje: “ Oslo 200 km “ staan. Het einde komt nu echt in zicht. Nog twee dagen zal ik me af en toe laten nat regenen.

donderdag 4 augustus 2016

Is dit nog wel een fietsvakantie?

Donderdag 4 augustus: per boot van Bergen naar Flam ( 200 km?)
Het is waar; overal waar ik ga of sta volgt mijn fiets mij achterna. Maar ik zit er nauwelijks op. Kijk bijvoorbeeld vandaag. Ik rij een kilometer of 2 naar de kade van Bergen, stap daar af en loods mijn ros het dek van een ferryboot van de Norled-lijn op en laat hem verder staan. De boot doet verder het werk. Het is dan wel niet echt zoals het hoort, maar in een heerlijke stoel gezeten achter ramen me panoramisch uitzicht, af en toe uitwaaiend aan dek, is het heerlijk om te weten dat je je door het zware bergland van Noorwegen verplaatst zonder een zweetdruppel. Heerlijk, ik kom er rond voor uit. Voel ik dan niet ergens een beetje wroeging over al die gesmokkelde kilometers? Welnu: nergens. En morgen pak ik het nog vuiger aan; dan klim ik in de steilst rijdende trein ter wereld, de Flam Balan. Die brengt me in minder dan een half uur van zeeniveau naar bijna 900 meter. En alsof het allemaal niet decadent genoeg is stap ik daarna doodleuk over in de  trein van de Noorse stoomwegmaatschappij om me nog eens 50 kilometer verder te vervoeren. Van de  beroemde Rallervegen, het hoogtepunt voor fietsers (bergafwaarts wel te verstaan) blijven er dan nog 30 kilometers lichtjes bergopwaarts over (ik doe de Rallerwegen precies andersom van beneden naar boven). Ik biecht het allemaal eerlijk op; als held hoeft ik straks dus niet binnengehaald te worden. Desondanks wordt het toch nog pittig. Het schijnt er niet meer dan een graad of 5 te zijn en ik heb niet eens handschoenen bij, net zo min als een lange fietsbroek. Morgen doet zich dus het unieke beeld voor van een man met fietsbroek en daaronder zijn thermo-ondergoed, hem liefdevol meegegeven door zijn lief. Laat ze me allemaal maar uitlachen, die Noren, deze Hollandsche knaap komt er wel!
De tocht door het steeds nauwer wordende diepste fjord van Noorwegen, is zoals het hoort, de muziek van Grieg komt je vanaf de donkergroene rotsmuren tegemoet galmen. Af een toe een klaterende waterval er tussen. Ik zoek op Spotify wanhopig naar Grieg, maar krijg er vanwege het overbelaste wifi-kanaal geen noot doorheen, dan maar de vooraf gedownloade favoriete muziekjes op de oortjes. Vooral “Arrival of the birds” van het Cinematic Orchestra (even opzoeken op Spotiy svp) doet het hier prima.
Flam (spreek uit zoals een Rotterdammer “ Vlam” uit spreekt) is een klein plaatsje helemaal aan het uiteinde van een smalle tak van het Sognefjord. Als wij er aankomen liggen er twee enorme cruiseschepen een typisch beeld voor de Noorse fjorden: enorme zeeschuimers  tegen de groene hellingen. Als een van die boten tegen de avond vertrekt en 5 maal de tweetonige zware hoorn laat loeien galmt die zeker 15 seconden na in het verder stille dal. Om mij heen reizen de mastodonten op, in een hoekje zie ik een top met sneeuw. Wat zal de dag van morgen toch brengen, vraag het bange fietsertje zich dan af.

woensdag 3 augustus 2016

op zoek naar een onderbroek van ijsberenhuid

Woensdag 3 augustus: rustdag in Bergen
Nou ja, rustdag, er moet een hoop geregeld worden: naar de haven om de precieze vertrekplek van de boot naar Flam te vinden, aangeven bij de ticketverkoper dat ik met de fiets  ben (blijkt inderdaad een tientje extra te vergen), naar de VVV om informatie te krijgen over het trein en fietstraject vanuit Flam. Wat ik me voorstel blijkt inderdaad te kunnen. Vanuit Flam op zeeniveau neem ik de bergtrein naar Finse die precies langs de beroemde Rallervegen ligt, naar men zegt de mooiste fietsweg van Europa. Ik doe hem helaas in de trein en dan wel bergopwaarts. Alleen de laatste 27 kilometer zal ik zelf moeten doen, waarbij niet uitgesloten is dat ik af en toe lopen moet vanwege sneeuwval. Nou, ja, als het maar geen bergen tot mijn middel zijn. Toen ik met H. dit voorjaar daar rond reed lag de sneeuw er nog 2 meter hoog aan weerskanten van de weg. Ik zal eerst in Finse zelf nog eens vragen hoe het laatste stuk van de Rallervegen er bij ligt.Als het niet gaat zit er niks anders op dan de hele reis omgekeerd opnieuw te maken, want met al die tunnels die voor fietsers verboden zijn is het bijna geen doen om op eigen houtje een geschikte fietsweg te vinden; een fietsvakantie blijft toch maar tobben, eigenlijk.
En verder heb ik mijn bescheiden garderobe maar eens in de wasmachine en droogtrommel gegooid. Na afloop is mijn gardeberobe nog bescheidener dan voorheen. Nu heb ik nog maar een onderbroek ipv twee! Kijken of ze die op de hoogvlakte ergens verkopen; de winkels in Bergen zijn inmiddels dicht; misschien hebben ze er daar wel een van echte ijsberenhuid!


Hoezo: caravandak?

Het vorige verslag vereist enige toelichting. Dit omdat de lezer mij plotseling hoort spreken van de regen die op mijn caravandak roffelt. Hoe kan dat? Welnu, het verslag van de dag ervoor (1 aigustus, Haugesund - Leirvik (85 km) is weg gevallen en nu onvindbaar op mijn tablet.Daarom even kort dit:

Toen ik na een fikse regenbui helemaal verzopen aan kwam op de camping in Leirvik, stapte er onmiddellijk een man op me af, die vroeg of ik gebruik wilde maken van een enorme caravan die op het terrein stond. Wat ongelovig schudde ik enthousiast van ja. Een minuut later zat ik in de sleurhut met een hete lucht kacheltje aan mijn voeten. Was die man ook nog even komen brengen! Waar een uurtje relipop van alweer meer dan een week geleden al niet goed voor is!



dinsdag 2 augustus 2016

Met zon aankomen in Bergen; het moet niet gekker worden!

Dinsdag  2 augustus: Leirvik – Bergen 71 km
In de nacht roffelt het aanhoudend op mijn caravandak; heerlijker kun je niet in je bedje liggen. Diezelfde ervaring heb ik overigens ook in mijn tentje, maar dit is toch safer. Ook de volgende morgen gaat het geroffel nog een tijdje vrolijk door. Andermaal vraag ik me af of ik ooit een beetje droog kan vertrekken. Zeker als ik na een half uurtje fietsen vlug een bushalte in vlucht terwijl zich brede rivieren van water op de aflopende weg voor me vormen. En toch, nadat ook die bui weer is verdwenen, klim ik op mijn ros en fiets ik de rest van de dag, evenals voorafgaande dagen, tussen alle regenbuien door. Vaak is het wegdek nat, heeft het dus net geregend, maar ik kom telkens op het juiste, weer droge moment voorbij. Wonderbaarlijk hoe me dit al drie dagen lukt. Vandaag kom ik Bergen, de regenstad nummer 1 in de wereld, zelfs met een zonnetje binnen! Het moet niet gekker worden. Onderweg is het weer behoorlijk klimmen en dalen vandaag; het lijkt of ik sneller moe ben dan voorafgaande dagen. Misschien vanwege het idee dat dit wel eens de laatste etappe kan zijn? Naarmate Bergen dichterbij komt worden de hellingen nijdiger; niet vreemd bij een stad met zo’n naam, niet dan? Maar nu ik er toch vroeger ben dan verwacht en, na enkel vergeefse pogingen, een prima hostel aan de noord oost kant van de stad vind, begint de kriebel toch weer te werken: waarom zou ik hier stoppen? Ik ga er eerst maar eens een nachtje over slapen. Veelbetekend is wel dat een man die ik ontmoet voor een hotel waar alles volgeboekt is Hij begint meteen over zijn plan de Hardanger Vida te gaan doen. Hij tovert op zijn foon een map tevoorschijn waarop alle tunnels van Noorwegen geclassificeerd zijn: wel of niet toegankelijk voor fietsers. Is dat niet een omen dat ik het toch maar moet gaan doen? ’s Avonds ontdek ik dat het mogelijk is per boot vanuit Bergen naar Flam te komen via het langste fjord van Noorwegen, het Sognefjord. Met een beetje smokkelen zit ik dan al in het midden van Noorwegen en kan ik meteen de beroemde “ Rallervegen” op, de mooiste fietsweg van Europa. Dat is wel heel aantrekkelijk zegt het duiveltje op mijn schouder. Ookdaar ga ik een nachtje over slapen.