Totaal aantal pageviews

donderdag 19 januari 2017

Een bekentenis

Het onderscheid tussen denkers en doeners manifesteert zich in de dagelijkse praktijk als het onderscheid tussen klussers en prutsers (maar dan in de omgekeerde volgorde).  Hoewel ik zeker geen groot denker ben, ben ik – zo heb ik afgelopen weken kunnen ervaren – wel een grote prutser.

Het is niet te geloven hoe ik van elk karweitje een reuze veel tijd, energie en zweet vergende kwestie kan maken, met telkens een pover resultaat. Drempels moeten twee keer worden gekocht,  schroeven blijken niet te passen, boutjes blijken te lang of juist te kort, lampen zitten nooit echt mooi strak tegen het plafond en wie presteert het om met een vlak naast een electriciteitsdoosje geplaatste schroef twee dagen lang de hele bovenverdieping lam te leggen. Als ik de stroom aanzette klapte de aardlekschakelaar er telkens onmiddellijk weer uit. Ik had alles nagelopen, alle apparaten en lichten afgekoppeld, stroomdraden aan koppelsteentjes gezet en toch bleef de aardlekschakelaar onwillig. Buurman Cor er bij gehaald. Die zag onmiddellijk dat ik een plaatje in het plafond had geschroefd zonder gebruik te maken van de daarvoor bestemde gaatjes in het afdichtplaatje. “Schroef die  er maar weer uit, dan zul je zien dat de storing is opgeheven”. Ongelovig  schroefde ik de desbetreffende schroef uit het plafond en warempel, alles werkte weer. De manier waarop buurman Cor vervolgens met mij als domme kracht een loodzwaar kastje vliegensvlug met draadloze electrische schroevendraaier waterpas en muurvast aan de muur zette, bevestigde mij nog eens in datgene wat ik al mijn hele leven weet, maar nooit wil toegeven: ik ben een man met twee linkerhanden. “Maar jij kunt weer een boek schrijven” sprak H. ’s avonds de troostende woorden. Maar dan te bedenken dat zelfs die verzachtende omstandigheid twee jaar gelden nog niet kon worden opgevoerd.

vrijdag 13 januari 2017

We hadden er flink de smor in (met een streepje door de o)

Vandaag met moeder  de vrouw een dagje woonbelevenissen opgedaan bij IKEA Breda met als onbetwist hoogtepunt de Zweedse gehaktballetjes , voorzien van prikkers met Zweedse vlag. Wat kan het leven toch intens geluk bevatten als men met een boodschappenwagentje langs woon- slaap en studeerkamers, keukens en badkamers scheert. Angstvallig beperkte ik me tot mijn reeds thuis gemaakt lijstje, dat zich allengs vulde met behulp van minuscuul potloodje neergeschreven namen die enigszins  Zweeds klonken. Al kan ik me bij aanduidingen als Plundera en Klockie nauwelijks voorstellen dat dat Zweeds is. Ook woso (telkens streepjes door de o) voor een wasmand lijkt me erg sterk. Maar ja, mijn Zweeds staat op een zo’n laag peil dat ze me werkelijk alles wijs kunnen maken. Gaktbollen (weer met streepje door de o) voor gehaktballetjes geloof ik ook niet. Maar smor voor jus geloof ik weer wel.
Volgens mij verdient IKEA nog het meest aan de lampenafdeling. Ook al heb je je daarvoor nog zo sober gedragen, eenmaal op de lichtafdeling gekomen gaan alle remmen los. “Wat led je?”is de leus waarmee IKEA de laatste euro’s uit je zak trekt.  Ook de badafdeling biedt een keur aan glimmende zeepbakjes, handdoekenstangen en wastafelplankjes waar ik niet tegen ben opgewassen. Alsmaar hoger werd de hoeveelheid troep in ons boodschappenkarretje.

“Tafelkleden zijn blijkbaar uit” hoorde ik een zichtbaar teleurgestelde vrouw tegen haar vriendin zeggen. Maar ik ging tevreden huiswaarts met een batterij ledverlichting waar de atoomcentrale bij Borssele de komende dagen overuren voor moet draaien.

donderdag 12 januari 2017

In Zeeland gaat veel onder de toonbank

Klussen gaat altijd in tweeën. De eerste keer doe je het fout, de tweede keer goed. Zo geschiedde met de kleur op de muur, zie een van de vorige episodes. Zo geschiedde met de drempel. Een mens kijkt nooit naar de manier waarop een drempel is ingebed in deurpost. Ik ging dus maar een beetje aan het improviseren en past de dorpel precies tussen de deurstijlen. Mis. Een drempel hoort precies onder een deur te vallen en dat is nu juist NIET tussen de deurposten. Opnieuw naar de doe-het-zelver om een vers nieuw drempelbalkje. Er kwam nog een hoop gefiguurzaag aan te pas voordat ik alle hoekjes die in deurpost zitten goed had. En dan vooral ook opletten aan de juiste kant beginnen te zagen en niet de hoekjes die er aan moeten blijven afzagen!
Zo ging het ook met het ophangenv an de lampen. Altijd weer een klotekarwei om die kapjes precies strak tegen bhet plafond te krijgen. De tweede keer lukte het beter.
Een rolgordijntje bleek precies niet te passen omdat het ijzeren buisje waaromheen het rolgrodijntje zat net iets uitstak. Dus nooit het rolgordijne als vertrekpunt nemen. Gelukkig had ik een ijzerzaagje, al moest ik toch nog twee keer naar de doe hetzelfzaak om de juiste ophangnokjes te vinden. Die bleken alleen te zitten in een grote bak die na enige zoeken onder de toonbank stond. In Serooskerke worden rolgordijnen onder de toonbank verkocht.

dinsdag 10 januari 2017

Daniel Blake maakt indruk

De poepkleur op de muur heb ik vandaag razendsnel vervangen door muisgrijs. Eigenlijk ben ik op kleurengebied een bangeschijter. Zit er een gedurfd kleurtje op mijn muur, kalk ik het weer snel over. Lafbek!
Maar de verfklus is geflikt, de steiger kan weer naar buiten. De pneumatische hamer gaat onverdroten voort  vandaag. Ik maak met de mannen wier gelaat een vuurrode steenkleur heeft aangenomen, een praatje. Ja, dit is het ware buitenleven. Als na de overvloedige regenval van de laatste dagen eindelijk een zonnetje door piept heb ik hier meteen een lentegevoel. Hoe zal dat over enkele maanden dan wel niet wezen? Ik mis Rotterdam eerlijk gezegd geen moment.

Eergisteravond met H. naar de film geweest in het knusse filmtheater in het Schuttershof. Geluid en beeldkwaliteit kunnen wedijveren met Lantaren Venster, alleen zit hier de bioscoop helemaal vol op een zondagavond. Het werd: ‘ I, Daniel Blake die door de bezoekers van Film by the Sea tot film van het jaar werd verkorzen. Dat las ik pas vandaag in de eerste PZC die ik op de boerderij ontving. Daniel Blake is een inderdaad een soms charmante, soms emotionele kijk in het leven van een alledaagse werkzoekende, die langzaam vermalen raakt in de molens van de bureaucratie. Daar komt hij een vrouw regen met wie hij zijn lot deelt. Na afloop is het stil in de zaal. Iedereen is geraakt. 

maandag 9 januari 2017

kaas met chocola

De idyllische rust rondom Hof Popkensburg wordt wreed verstoord door het geratel van de pneumatische boor van de aannemer die de muren van “mijn”boerderijtje aan het repareren is. Alle loszittende cementresten worden verwijderd, wat betekent dat zowat alle cement tussen de stenen wordt uitgeslepen. Ook zogenaamde “valse” stenen, stukjes steen die in het verleden opengevallen gaten hebben afgedicht, gaan mee. Al met al lijkt mijn nieuwe onderkomen momenteel op een gatenkaas.
Binnen ga ik de muren te lijf met wit en leverkleur. Dat laatste lijkt een faliekante misrekening. Daar waar ik op basis van een ultra klein kaartje een donkergrijze tint in gedachten had blijkt de kleurenmachine van de doe-het-zelver in de buurt een soort chocoladepudding bruin te hebben geproduceerd. Ik smeer het er toch maar op. Daar kijk is dus de komende periode tegenaan; een wand in de kleur van Belgische bonbons.

Belgische bonbons met kaas, zo  kan men mijn nieuwe onderkomen momenteel dus het beste karakteriseren.

vrijdag 6 januari 2017

Wie is de mol in Popkensburg?

De eerste week zit er op. Bruine balken zijn zilvergrijs geworden en gele muren wit. Ik heb 3 koffieochtenden meegemaakt en een bewonersvergadering. Behalve een schelpenpad dat verlengd moet worden en een specht die een gat in een van de hoekwoningen heeft gemaakt was er weinig te melden. Mijn allereerste opmerking tijdens mijn allereerste vergadering betrof de overal opduikende molshopen. Moet dat ondermijnende beest niet worden aangepakt? De respons was opvallend lauw. Zo lang die mol niet in de eigen tuintjes opduikt mag íe zijn gang gaan. “Wie is de mol”is hier: “Leve de mol”. Daar moet ik als vml. grootstedeling nog even aan wennen. 

zondag 1 januari 2017

De her-inburgering is begonnen

Voor ons geen Claudia de Brey of Xavier Guzman op oudejaarsavond. Tesamen met vrienden Jack en Ursula speelden wij het Zeeuwse ganzenbord, waardoor ik nu weet dat naast de PZEM voor de rest van Zeeland Sint Maartensdijk een eigen energiecentraletje had in de vorm van een stoomgemaal. Daar woont tegenwoordig de bedenker van dit ganzenbordspel Kees Slager in. Ook weet ik nu dat een Zeeuw altijd weet of een woord in het Nederlands met korte of lange eid/ij geschreven wordt. Een lange ij wordt altijd ie, een korte ei blijft ei. De mensen die in 1733 aanlanden in Hoofdplaat aan de Westerscheld waren geen Hugenoten maar geloofsgenoten uit Salzurg. En ga zo maar door. Om twaalf uur werden de speakers wijd open gezet en dansten wij de planken uit de vloer, tsamen met de inmiddels binnengekomen Ramon, Machteld, Kees, Amy en zus. Wil je het nadansen ? Dat kan: ga naar:(knippen en plakken)    spotify:user:tjeukie:playlist:1SRaYzs1Azg2MpXkNoUvgE