Totaal aantal pageviews

dinsdag 28 juli 2020

Etappe 2 Ronde van Nederland: Bavel - Sint Michielsgestel, geen peut nodig

Vandaag de hele rit, een bescheiden tochtje door midden Brabant, de wind in het hol. Bij aankomst in Sint MIchielsgestel heb ik nog 92 procent peut in de batterij zitten. Die 8 procent heb ik gebruikt om in Sint Michieltje rond te rijden om het adres van het huis van mijn dochter Jasmijn te vinden aan de hand van Google Maps. Anders had ik de hele rit op eigen kracht gedaan.Een elektrieke fiets is er dus eigenlijjk alleen voor de moeilijke momenten, tegenwind, berg op of gewoon geen fut meer om te trappen. Slechts dan hoeft het knopje aan beroerd te worden. Het is dan ineens tamelijk lachwekkend om met een vaart van 25 km weg te spuiten. Maar alleen al het idee dat de altijd durende  bijstand kan worden aangeroepen indien nodig maakt een rit met een elektrieker tot een waar genot. Vandaag opvallend veel bossen, alwaar ik mij naadloos voeg in de lange sliert racefietserss en bejaarden op net zo;n fiets als ik, maar dan toch veel minder sportief ogend. In michieltje ben ik veel te vroeg. De huissleutel ligt onder een asbak zodat ik me met een ijskoud biertje kan nestelen in de tuin tussen de kippen, konijnen en cavia's, de voorboden van wat eens een omvangrijke boerderij met levende have moet worden. Met Jas maakt ik 's avonds een mooie wandeling door een bos en langs de slingerende bedding van de Esche Stroom, een zijtakje van de Dommel. Loes is mee en speelt met de vele honden die we onderweg tegenkomen. Het leven is goed.

maandag 27 juli 2020

Ronde van Nederland, etappe 1: Goes - Bavel en fiets van altijd dirende bijstand

En zo zoef ik op een snelle Giant Explorer door het kale landschap van de langgerekte gemeente Reimerswaal. Wind en regen op kop, het kan me niet deren, een trapje extra en de snelheid schiet meteen naar 24,5 km per uur. Dat ik kilo's bepakking achter en voorop heb, maakt niks uit. Een licht schuldgevoel is onvermijdelijk; vroeger heb ik deze rit naar Breda altijd op eigen kracht gedaan, nu helpt de fietsprothese mij door de polder. Eenmaal de Brabantse wal opgeklauterd, ook weer een fluitje van een cent, houdt het eindelijk op mt regenen. Na een lunch in cafe Boove Beneeje (' ete gij nou boove of beneeje?' . De grap ontgaat mij) besluit ik nu maar eens een aantal kilometers zonder ondersteuning te rijden. Dat gaat op deze toch niet lichte fiets (23,5 kilo, en een kilo of 10 begage schat ik) eigenlijk heel gemakkelijk, maar ik heb de wind dan ook in de rug. Ik spreek met mezelf af dat ik 25 km zonder ondersteuning moet, pas dan mag de motor weer aan; dat zou wel eens een prima remedie kunnen worden om mezelf bij de les te houden. Groot is de euforie als ik na gedane zwoegarbeid ineens weer met 25km per uur door mag knallen. Ik rijd een groot deel van de etappe in Belgi"e, van Kalmthout naar Zundert, het laatste deel gaat door het fraaie dal van de Mark, volgens broer Huub een typische bejaardenroute. Ik zie er vandaag geen een, nou ja, op mij na dan. Nog even een schietgebedje voor de Mariagrot in Meerseldreef, echt een stuk rijk Rooms jeugdherinnering, en dan doorknallen naar Bavel, naar Huub en Mechel. Geen slecht besluit, die capitulaitie voor de elektrieke superfiets.