Totaal aantal pageviews

zaterdag 22 december 2012


Poetry International

do 11-10-2012 10:50

gezien: dichtersavond rond Antjie Krog in Bibliotheek Den Haag

Dat was dus echt de metropoolgedachte: het Rotterdamse Poetry dat tesamen met de Haagse organisatie “Writers Unlimited” (aangestuurd door “onze eigen” Gerda Roest) in Den Haag een uitgave van het Rotterdamse blad Tortuca ten doop houdt. De Zuid Afrikaanse Antjie Krog is 60 geworden en het leek Poetry leuk om aan Nederlandse dichters te vragen bij die gelegenheid een gratis gedicht af te scheiden. Hetgeen lukte: 44 van de meest vooraanstaande Nederlandse dichters bleken hiertoe bereid. Tortuca bundelde ze en zo kon Bas Kwakman aan de uit Zuid Afrika overgevlogen verblufte Antjie (“zijn jullie hier in Nederland nog niet antjie-moe onderhand?”) de bundel overhandigen. Zo’n bijeenkomst in de bibliotheek van Den Haag is toch heel anders dan in Rotterdam; voor een gehoor van vooral beschaafde dames van meer dan middelbare leeftijd interviewde Adriaan van Dis in onvervalst zuid Afrikaans de dichteres. Het zijn vooral haar voordrachten (waarvan een aantal gezongen) die haar in Nederland zo bekend hebben gemaakt. Met haar ronkend zuid Afrikaans en diep emotionele voordracht weet zij de harten voor zich te winnen. En bij dit bekendste Zuid Afrikaanse gedicht ging de zaal plat; een verademing na alle hermetische zinnen die daarvoor waren uitgegoten.
Die berggans het ’n veer laat val
van die hoogste krans by Woeperdal
my hart staan tuit al meer en meer
ek stuur vir jou die berggansveer
mits dese wil ek vir jou sê
hoe diep my liefde vir jou lê.
Tjeu

Poetry International

di 16-6-2009 15:40

gezien: Rotterdamse dichtavond op Poetry

Na het protest van vorig jaar van enkele schrijvers en dichters (Manuel Kneepkens en Arie van der Ent) is de Rotterdamse dichtavond in ere hersteld met een schitterende rol van Achmed Aboutaleb als vertolker van enkele Arabische gedichten. Die man heeft daar echt kaas (couscous) van gegeten!. Verder was de sfeer wel érg lollig, waarbij sommige dames in het publiek zelfs bij serieuze gedichten nog zaten te schateren van het lachen. Wellicht is dat de Rotterdammer variant: bij gedichten moet je – ingedachtig Jules -  lol kunnen hebben. Alle credits voor Arie van der Ent en zijn uitgeverij Douane die een bundel uitbrengt met gedichten van Rotterdamse dichters. Kortom: de dichtkunst in deze stad leeft als nooit te voren.

Maandagavond een avond op Poetry met aandacht voor de mogelijkheden die het internet biedt voor digitale dichtkunst. Een reeks voorbeelden werden getoond van mogelijkheden die eerder al eens door de Volkskrant waren genoemd. Ik had ze in ieder geval allemaal al een gezien. Maar onmiskenbaar biedt het web extra expressiemogelijkheden voor eigentijdse dichters. De opkomst op deze maandagavond was opvallend goed.

Tjeu

Poetry International

gezien: diverse onderdelen Poetry

Poetry leeft weer helemaal. Dat kunnen we een dag voor het eind wel concluderen. Het was elke dag druk. De stemming was geanimeerd, het programma levendig, de aankleding bijna knus te noemen en de kwaliteit hoog.
Dat wil niet zeggen dat ik altijd even geboeid was. Menigmaal zakte ik weg bij bijvoorbeeld de chinese dichters (ik heb er twee bijgewoond) vanwege de – althans in mijn ogen – onbegrijpelijke vertalingen waarin veel bamboehout, vogels, kronkelende rivieren  en lotusbloemen om mijn aandacht vochten zonder dat ik er enige logica in kon ontdekken. Niet vreemd dat ooit Frans Vogel bij de Chinees Yang Lian riep: “harder!”.  
Weer wel zeer aansprekend vond ik op de avond over War Poezie  alwaar de Amerikaanse soldaat Brian Turner zeer indringend liet voelen hoe het is om als soldaat aan het front te zijn. Een ware poëet in de frontlinie. Komt niet vaak voor geloof ik. Hij raakt zo enthousiast dat hij de voor de intermezzo’s bedoelde luitspeler Jozef van Wissem vroeg een gedicht te begeleiden hetgeen deze spontaan deed. Zulke dingen maken een festival tot een gebeurtenis.
De voorkeur van festivalgrondlegger en oud RKS medewerker Martin Mooij voor de japanse Kazuko Shiraishi kon ik maar matig waarderen,   De medewerking van een piepende trompettist vond ik eerder storend dan ondersteunend, maar als kijkspel was het op zijn minst opvallend. Dat Hans Keller bij de keuze van Martin Mooij de zieke Remco Campert verving vond ik eigenlijk wel passend, daar stond immers het RKS tandem uit de begintijd van Poetry, althans Hans Keller is een jaartje of wat ook nog directeur van de RKS geweest. Martin Mooij bleek een chaoot te zijn maar dat was Hans Keller ook. Het  zijn de tijden geweest  waarin over het voortbestaan van de RKS serieus werd aldus het boek van Karin Gaemer. gedebatteerd, ondanks de parel die aan de RKS was ontsproten. Jammer dat Martin Mooij zelf niet kwam vertellen  waarom hij de opgevoerde dichters had gekozen. Dat had ik van hem persoonlijk willen horen.
Rutger Kopland is een geheide publiekstrekker en een verklaring voor de geheel volle zaal. Een dichter die ondanks zijn soms met eenvoudige, wellicht zelfs voor de hand liggende thema’s als landschappen en liefdes ontroerend schoon kan dichten. Zelden heb ik een zo volle zaal zo muisstil horen zijn.

Tjeu

Poetry International

28-1-2011

Gezien: gedichtendag 2011

27 januari was het weer gedichtendag, voorafgegaan op 26 januari door de door de VSB gefinancierde en door het Rotterdamse Poetry International georganiseerde VSB poëzieprijs in Utrecht, gewonnen door de 82-jarig Armando! Volgens sommigen overigens niet zijn beste bundel, zo las en hoorde ik om me heen de volgende dag.
Op donderdagmiddag een helemaal gevulde Paradijskerk met voordrachten van de ik dit metier (voordragen van eigen werk) waarlijk onvolprezen Dichter des Vaderlands Ramsey Nasr. Vooral zijn van de kansel voorgelezen psalm waarin hij zich richt tot God vanuit de beperktheid van zijn sterfelijke lichaam maakte hemzelf tot een God. Zijn “Mi have a dream”  waarin een Rotterdammer in platte straattaal Rotterdams in 2050 zijn heimwee naar de rust en orde van vijftig jaar terug bezingt is inmiddels een tophit die ik nu al wel vijf keer gehoord heb. Moustafa Stitou had de taak wegens een schouderbladbreuk afwezige Remco Campert te vervangen en deed dat vlekkeloos. Zelfs stem en intonatie waren die van de oude meester. Maar ook zijn eigen gedichten daarna waren compact en kernachtig. Mede dankzij de lyrische pianoflarden er tussendoor was het een prima middag.
’s Avonds in het bibliotheek theater mocht de van onze letterencommissie bekende Esther Naomi Perquin voor twee jaar het stokje van de stadsdichter overnemen van Jana Beranova. Dat deed ze met verve. Daar waar ik dacht dat de soms wat hermetische poezie van Esther een hinderpaal zou zijn voor haar nieuwe rol wist ze uit haar werk precies die gedichten te pikken die de luisteraar onmiddellijk treffen: persoonlijke ontboezemingen van een jonge vrouw in het volle leven. Ze deed het ook nog eens op een humoristische en weloverwogen manier. Dat wordt wat, die Esther als commentator van Rotterdamse toestanden gedurende de komende twee jaar. Een sjieke dame temidden van het ruwe geweld. En weer was daar Aardvark voor de begeleiding. Met krek hetzelfde repertoire als jaar geleden in de Unie bij Kees van Koten. Door die vier winden mag wel eens een frisse wind.

Tjeu

Poetry International

13-6-2012

gezien: opening Poetry International

Druk bezocht deze opening van de 43ste editie van het bekendste en oudste poëziefestival ter wereld. De hele wereld was er weer van India tot Canada. Dit keer met perfect aansluitende vertalingen op grote, overzichtelijke schermen, afgewisseld met door leerlingen van WdK gemaakte intro’s en muziek van John Cage (alweer, er waait een John Cage plaag door cultureel Nederland) door een fraai strijkersensemble. Sjiek, welluidend maar hermetisch, zo was het. Die gedichten gaan te snel, ik moet een gedicht proeven, herkauwen en kan het dan pas waarderen; dit ging mij te vlug allemaall. Ik beschouwde het maar als een douche, waarbij je ook niet elke druppel op zijn waarde kunt schatten. Maar dat ene gedicht van die rap sprekend indiër, uitgesproken in een gevangenis in Parijs, met de zin: die muur, waarop nimmer bloemen zullen zitten, waar altijd schaduw is” gaven de essentie van het leven achter tralies weer. Ik probeerde Peter Sonneveld van Bonheur, aanwezig met jonge acteurs die gedichten voorlazen aan individuele bezoekers, te pakken te krijgen maar die was te druk in de weer. Hij keek niet boos.
                              
Tjeu

Poetry International

14-6-2012

gezien: Jana Beranova bij Poetry

In een “Zomergasten”-achtige setting interviewde Bas Kwakman de Rotterdamse voormalige stadsdichter/vertaler Jana Beranova. Een boeiender gesprek dan ik aanvankelijk had gedacht. Als jonge econome komt ze begin jaren 70 terecht op de Tsjechische ambassade in Den Haag en komt van daaruit in contact met Poetry omdat ze vind dat gedichten van een Tsjechische dichter slecht vertaald zijn. Alras krijgt ze een plek binnen het vertalersteam van PI en komt daar niet meer vandaan. In de jaren zeventig begint ze het werk van Milan Kundera (nadruk in de achternaam op de eerste lettergreep, niet op de tweede, aldus Jana) te vertalen en verwerft zo landelijke bekendheid. In die tijd begint ze allerlei dichters te vertalen, waaronder de Joegoslaaf Vasko Popa waarvoor ze “eventjes” het Servisch onder de knie gaat krijgen. Zo ook het Macedonisch voor weer een andere dichter. Kortom, de ook Russisch sprekende Jana blijkt een talenwonder. In het interview een aangrijpend, nooit eerder gehoorde opname met de Jan Palach, de Praagse student die zich in 1969, na de inval van Rusland in Tsjecho Slowakije zichzelf uit protest in brand had gestoken. Hij bleek nog enkele uren te hebben geleefd waarbij het regime aan de hand van dit gesprek met een psycholoog probeerde vast te stellen dat hij gek was. Hetgeen niet was gelukt, zo bleek uit de geluidsopname die Jana, aangedaan, vertaalde. Aangrijpend! Verder las ze wat vertaald en eigen werk voor totdat ik weg MOEST naar een voetbalwedstrijd. Het merendeel van de luisteraars had andere prioriteiten en bleef rustig zitten. Zij hadden – achteraf – het grootste gelijk.

Tjeu

Poetry International

15-6-2012

gezien: C Buddingh' prijs bij Poetry International

Voorafgegaan door een ‘special’ waarin een gedicht van Samuel Beckett; “Comme dire” (“hoe zeg je dat”), geschreven in een tijd waarin hij aan afasie leed en woorden niet meer kon benoemen, minutieus werd ontleed (het werd af en toe zo academisch dat ik me zo nu en dan een echte dombo voelde),  werd de C. Buddingh’ prijs voor debuterende dichters uitgereikt aan Ellen Deckwitz, uitgegeven door Nijgh & Ditmar (hoeveel info kun je stoppen in één zin?).
Van die Ellen Deckwitz gaat we nog heel veel horen denk ik. Zelden iemand zo vanzelfsprekend alle gedichten uit haar hoofd zien opvoeren. “Opvoeren””  is het juiste woord, want ze maakt er echt een hele show van. Glasheldere, soms komische, soms vertederende gedichten. En toen ze een lang gedicht voorlas van een andere debutant die inmiddels overleden is (Jeroen Mettes) deed ze dat zonder enig zichtbaar probleem ook zonder papier. Iemand die ondanks haar zogenaamde jeugdige lef haar zaakjes goed voorbereidt! Haar overwinning is te meer gedenkwaardig omdat hiermee de poetry slam (zij was in 2009 winnaar Poetry Slam) officiëel salonfähig in de nederlandse dichtwereld is geworden. “Urban meets academic” is in de letteren dus een feit, en dat op Poetry dat na één uitstapje enkele jaren geleden, geen zin meer had om “Slam” nog als afzonderlijk onderdeel op te voeren.
Elke dichter werd voorafgegaan door een filmpje, waarin we de latere winnares met haar lange nagels gaten in de Utrechtse bodem zagen graven omdat ze als hobby heeft het uitgraven van boomwortels en het dresseren van pieren.

Tjeu

Geen opmerkingen:

Een reactie posten