Totaal aantal pageviews

zondag 23 december 2012


Operadagen

27-5-2011

"The air we breathe" ivm operadagen  in Maassilo

Het leuke van het operafestival is dat het zich niet beperkt tot de hogeschool der kunsten maar ook amateurs en semi professionals een kans geeft. Als dat ook nog eens gebeurt op een plek die Rotterdamser ademt dan welke andere plek ook hebben we activiteit die zich, in ons nieuwe jargon, “verhoudt tot de stad”. Dát kun je met recht zeggen van een project als “the air we breathe” dat deze week wordt opgevoerd in de Maassilo. Een complex met zijn beperkingen als het gaat om culturele producties ook een complex met mogelijkheden zoals dit optreden aantoont. Temidden van onrustbarend gezoem, optrekkende mist, vreemde snuiters en flarden gezang werd het publiek langzaam met dwingend vingerwijzingen doorgeleid naar de plek waar het allemaal zou gaan gebeuren. In een zaal met verrassende mogelijkheden werd op een leuke manier een uur lang geëxperimenteerd met klankkleuren, niet echt opzienbarend maar op een bepaalde manier toch boeiend en intrigerend. De kwaliteit van de stemmen varieerde nogal, maar dat is onvermijdelijk als je geoefende en vrijetijdskunstenaars samen iets laat doen. Tekst was er nauwelijks, werd wel regelmatig gerefereerd aan “het moment”. Dat zal dan wel deze happening zijn geweest voor een zeer gemêleerd publiek, duidelijk niet het gebruikelijke opera-publiek. Juist dit soort activiteiten horen er in Rotterdam bij en zorgen er voor dat zo’n festival beklijft in bredere kring.  

Tjeu

Operadagen

30-5-2011

gezien: L'Intruse (de indringer) van Vlaamse Opera, Abattoir Fermé

Maurice Maeterlinck schreeft in 1891 een mysterieus sprookje over een koning die terugkomt in zijn paleis na een lange tocht waar zijn echtgenote inmiddels is overleden. Hij heeft een vrouw meegenomen maar de zus van de overleden echtgenote is het daar niet mee eens. Binnen de kortste keren raakt de pas binnen gebrachte nieuwe aanwinst haar kleren kwijt en dwaalt in haar blootje door de gangen van het spookachtige paleis. De zus spreekt schande van de feesten die de koning aanrichtte waarna een feestorgie wordt getoond dat het oog aangenaam treft. Zeven fraaie, naakte danseressen verzinnebeelden wilde feesten. De hele enscenering maakt het echter niet tot een platte vertoning maar juist tot een bizar, intrigerende schouwspel. Voeg daarbij de “muziek” en zang die volledig atonaal zijn maar , naar ik later informeerde, toch noot voor noot uitgeschreven is. Vervreemdend, verwarrend maar als schouwspel ongemeen boeiend, voor een redelijk gevulde zaal, naar ik om me heen hoorde, gevuld met mensen die op het laatst een gratis uitnodiging kregen. Tsja…..

Tjeu

Geen opmerkingen:

Een reactie posten