Totaal aantal pageviews

zaterdag 11 januari 2014

Terwijl mijn schatje ligt te lijden zet ik de bloemetjes buiten

Benidorm, 10 en 11 januari
Even iets opbiechten. Gisteravond is het er niet meer van gekomen nog een blogbericht te maken. Schrijver dezes was enigszins beneveld thuisgekomen van een etentje met de kennissen van Huub en Mechel, Ronald en Jeanette. Ronald werkt en woont hier al 32 jaar en kent dus de streek op zijn duimpje. Net als vele andere Nederlanders huren ze een prachtig appartement in Altea, pal aan zee, met een fraai ei-vormig zwemdbad onder de palmen voor de deur. Ja, zoiets zou ik ook wel willen eigenlijk. Als pensionado die net komt kijken komt je hier wel op ideeën.  Terwijl Hanneke in stilte in haar bedje ligt te lijden zet meneer dus de bloemen buiten in het oude centrum van Altea (zie mislukte foto om toch een idee te krijgen).
Het blijkt de plaats waar vele Nederlandse wielerploegen in de wintermaanden trainen. Dan begrijp ik beter waarom ik onderweg soms zo gemakkelijk gepasseerd wordt door allerlei renners; laten we het er maar op houden dat dat allemaal trainende profs zijn.
We eten paella in een restaurant waar enorme schilderijen van Bruce Springsteen en Amy Huiswijn hangen en jazz uit de door Ronald geleverde speakers komt; er zijn slechtere plekken denkbaar.

Ronald en Jeanette hebben ook nog een vriendin uitgenodigd die ook al jaren hier in de horeca werkzaam is. Ze is net werkloos geworden en vertelt honderduit over het horecabestaan aan de Spaanse Costa Blanca met zijn ups en downs. Toch denkt ze er niet over terug te gaan naar Nederland; daarvoor is het leven hier toch veel te aantrekkelijk. Ze heeft al weer een nieuw baantje op het oog bij een stel Nederlandse jongens die hier een restaurant willen beginnen.

’s Middags heb ik een uurtje of zes bij Hanneke doorgebracht. De pijn is wat verminderd en ze kan zowaar al enige beweging met haar knie maken. Een blik op die knie, met alle toeters en bellen er aan wil ik jullie toch niet onthouden.
  Ze voelt zich nog heel erg slap. ’s Anderen daags (vanmiddag dus) blijkt dat ze bloedarmoede heeft. Ze krijgt twee zakken extra bloed. Ze snakt naar koffie maar die mag ze, terwijl ik juist binnen breng, nog niet hebben zo lang ze aan het infuus ligt. Als dat geen kwelling is, de geur van heerlijke koffie in je neus terwijl je die niet mag hebben. Maar een verpleegster strijkt over haar hart en koppelt de bloedzak even los; dan mag de koffie wel.
Het gaat vandaag wel wat beter met mijn lief. Ze is nog erg pips en heel snel moe, niet gek als je te weinig bloed in je mik hebt. Vanmorgen  ze heeft ze voor het eerst op de kamer achter de rollator gestaan en wat heen en weer geschuifeld. En wat oefeningen gedaan. De vrouw naast Hanneke bevestigt dat de fysiotherapeut zeer tevreden was over deze eerste bewegingen. Ook is er al een machine aan het werk gezet die het gewricht een twintig tal keer heeft gebogen.

En de drains zijn er uit gehaald; dat was geen pretje om het maar zachtjes uit te drukken. Mechel, zelf oud verpleegster, had haar daar al op voorbereid. “Bijt maar even op je tanden als het  zo ver is” was haar kordate advies. Dat bleek hard nodig. Maar goed, ook die hobbel is achter de rug. Hanneke wordt nu onrustig in bed; “ik ben het liggen beu”, zegt ze. Een goed teken. 

2 opmerkingen:

  1. Fijn dat het weer de goede kant op gaat. Nu hard aan het werk met de revalidatie. Suc6 Ronald en Jeannette

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Gefeliciteerd Hanneke, met je eerste stapjes:)
    En Tjeu, niet iedere avond naar de bloemetjes hoor, anders haalt Hanneke je straks nog in op die bergen...
    Hartelijks,
    Sytske.

    BeantwoordenVerwijderen