Totaal aantal pageviews

woensdag 20 augustus 2014

waggelend langs de rand van het ravijn

Dag 2: Porto – Vila Real
Traag verlaten we de camping aan zee. We nemen niet eens de moeite een blik op de Atlantische Oceaan te werpen; die hebben we gisteravond al genoeg gezien. Afgezien van een wat forsere golfslag en wat rotsblokken her en der is er geen verschil met het uitzicht in Zoutelande of Domburg.
We hebben wat moeite de uitvalsweg naar Porto en verder te vinden, maar als we eenmaal op de grote route zitten, die ons via Vila Real naar Amarante voert, dan is er geen houden meer aan. Soepel slingert de vierbaansweg door een alsmaar hoger wordend heuvelgebied, opvallend door zijn groene kleuren; er moet hier, ook in de zomer, soms allemachtig veel water omlaag komen. Maar vandaag schijnt de zon.

In Amarante bewonderen we de middeleeuwse brug over de Rio Tamega,
die ons brengt naar de kerk en het klooster van Sao Agostino. Deze heilige staat ons met zijn bijna echte, glazen ogen, indringend aan te kijken onder het altaar van de prachtige barokke kerk, waarbij vooral het orgel, dat als een muurbloem van enorme proporties tegen een van de kerkwanden zit aangeplakt, onze bewondering afdwingt. Het klooster blijkt gesloten, maar de binnenplaats is in alle rust toegankelijk. Buiten horen we het sonore gebrom van een drone, die door een cameraploeg vanaf de brug rondom het klooster wordt heengestuurd. Nu eens niet, zoals in de Gazastrook, voorzien van een bom of mitrailleur, maar van een fototoestel.  Daarna begeven we ons in onze heerlijk airconditioned Fiat Punto van twee maaden oud (nog geen 1000 km op de teller) naar de Douro met zijn volledig door wijngaarden behangen hellingen. In één woord schitterend. Hoe verder we komen, hoe indrukwekkender die wijngaarden worden. Alleen al aan de uit duizenden stenen bestaande wanden waaruit zo’n wijngaard van boven naar beneden is opgebouwd valt af te lezen dat we hier van doen hebben met honderden jaren arbeid om zo’n bergwand in cultuur te brengen; geen wonder dat voor sommige wijnen een vermogen moet worden neergeteld. Overal zien we de naam ‘Sandeman’ in de wijngaarden opduiken; soms de bewuste man in zwarte cap met breedgerande hoed in hoogsteigen persoon. We zitten duidelijk in het hart van de streek van de portwijnen.  Soms vind je de wijnranken geordend als ware het sawa’s op Bali, kilometers ver tegen de bergwanden neergelegd.
We rijden langs de wijngaarden de hoogte in en vinden aan de andere kant van het Dourodal een camping in Vila Real. Aldaar komen we terecht in een restaurant dat aan de rand ligt van een ravijn dat zo maar in het centrum van Vila Real ligt, een honderden meters diepe kloof waardoor een riviertje een sijpelt; zoiets heb ik nog nooit gezien; alsof de aardkorst hier op een bijzondere dag ineens is opengescheurd. De keuken in het restaurant is niet om over naar huis te schrijven, de wijn van dito kwaliteit. Desondanks worden we dronken en waggelen vrolijk naar de camping terug.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten