Totaal aantal pageviews

maandag 21 augustus 2017

Hoe kom je weer uit een rampgebied?

Vandaag staat de Piano Grande op het programma. De Grote Hoogvlakte midden in het nationaal Park Mont Sibilline. De naam verwijst naar de Sybillen, de heksen die ooit dit gebied in hun greep hadden en er onheil stichtten. Dat gaat door tot de dag van vandaag, want zowel in 20124 als in 2016 schudde hier de aarde met een kracht van 6 op de schaal van Richter, in een gebied met een oppervlakte van 50 vierkante kilometer dood en verderf zaaiend. Als we de weg naar de hoogvlakte opdraaien en het eerste vernielde dorp al achter de rug hebben, worden we tegengehouden bij een wegversperring door een militair. Nadat we zeggen een bezoek te willen brengen aan de Grote Piano laat hij ons verassenderwijs door. En zo reizen we over een inderdaad enorme verlaten vlakte tussen de bergen, in alle okerkleuren, maar verder volledig kaal naar het op een terp gelegen dorpje Castellucio. Ook daar is de helft van de woningen ingestort en zijn alle toegangswegen tot het dorp gebarricadeerd. Alleen de doorgangsweg is open. Op een ge"improviseerd terras wordt vanuit een caravan koffie verkocht. We zijn in het half uur dat we er verblijven de enige bezoekers. NIet vreemd, de Italianen mijden dit treurige gebied blijkbaar. Wij rijden door over de indrukwekkende vlakte weer de hoogte in. Aan de andere kant stuiten we weer op een barriere, maar we kunnen er met de auto net langs. Langs de weg liggen hier hopen gruis aan weerszijden, er is net genoeg ruimte voor onze Opel Corsa. Op de weg naar beneden komen we in Visso, waarvan ook hier het oude binnenstadje is gebarricadeerd. De kerk is half ingestort. De kerktoren wordt met spanbanden bij elkaar gehouden. In een tent drinken we koffie en een croissant, tesamen met een aantal nonnen. Die gunnen zichzelf zo'n wereldse uitspatting natuurlijk alleen omdat de helft van de opbrengst bestemd is voor de wederopbouw van Visso. We maken ondanks alles een mooie wandeling naar boven. De moderne woningen aan de buitenkant van het dorp zijn wonderwel gespaard. Zou men hier vanaf de jaren zeventig aardbevingbestendig zijn gaan bouwen op rubber stempels?  Net zoals we in Nieuw Zeeland hebben gezien? Het lijkt er op. Boven  het dorp zitten we  pal naast een oude vierkant kasteeltoren die alle eeuwen heeft overleefd heerlijk in het vandaag veel minder hete zonnetje met een prachtig uitzicht op de bergen rondom. Maar dan moeten we er weer weg zien te komen. we rijden dezelfde weg terug, maar daar waar we eerst nog langs de barriere konden is de weg nu volledig versperd. Een andere weg terug blijkt na een paar minuten ook afgesloten. Een derde weg omhoog, via een vernield dorp is eveneens dicht . Wat nu? Slechts een weg naar het noorden (terwijl we naar het zuiden terug moeten) blijkt open. We komen langs ge"improviseerde dorpen met containerwoningen die ons sterk doen denken aan de manier waarop de Indianen in de VS permanent gehuisvest zijn. Maar de kritiek van de bevolking vorig jaar op de regering, die geen flikker deed, heeft inmiddels gewerkt. Overal zien we werklieden bezig op vrijgemaakte plekken om rioleringen en leidingen aan te leggen. Er verrijzen langzaam nieuwe dorpen. Met een omweg van honderd kilometer komen we weer op onze bestemde plek terug. In de verte liggen de bergen van de Mont Sibilli te grijnzen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten