Jazz International
ma
25-5-2009 11:32
gezien:
Jazz Talk + Play, Hein van der Geyn en Ed Verhoeff
Wéér
een gouden formule in Zaal de Unie. Laat jazzartiesten niet alleen spelen, maar
laat ze er tegenover een deskundige interviewer (in dit geval niemand minder
dan de jazz recensent van vrijwel alle kranten in Nederland: Bert Vuysje) ook
vrijelijk over praten.
Een
heel terecht besluit mede gelet op datgene wat de artiest van deze avond,
bassist Hein van der Geyn over het principe van de jazz te vertellen had: als
je klassieke muziek met zijn uitgeschreven partituren beschouwt als literatuur
dan is jazz te beschouwen als een gesprek (het is niet uitgeschreven en als het
gebeurd is, is het voorbij). Maar het verschil met uitgeschreven literatuur is
dat juist in het gesprek de ware emoties los komen. Zo klip en klaar had ik het
nog niet eerder verwoord gezien: jazz als gesprek!. In een gesprek kan van
alles fout gaan, gebeuren ook de gekste dingen en telt eigenlijk alleen de
eindindruk: was het een goed gesprek?
Hein
van der Geyn bleek een geboren performer en kon de aanwezigen op zijn bas heel
beeldend het verschil uitleggen tussen het spel van de vader van alle bassisten
Ray Brown (four on the flour, 4 tellen per maat) en zijn grote voorbeelde Scott
Lafaro (zingen op zijn instrument; melodieus in plaats van ritmisch spelen).
Samen met gitarist Ed Verhoeff werd er ook nog eens perfect gemusiceerd in een
voor dit soort intieme optredens meer dan perfecte ambiance van De Unie. Dat de
zaal ook nog eens helemaal gevuld was (met gratis entree hebbende studenten van
Codarts, dat wel) maakte de avond tot een zeer intense ervaring. Gelukkig gaat
de serie de komende weken nog vrolijk door en is een tweede serie een serieuze
optie zei Meike Loeven van Jazz International in de pauze tegen me. Wel moeten
de betalende bezoekers de weg naar dit nieuwe jazz podium nog weten te vinden.
Tjeu
Jazz International/Doelen
ma 16-11-2009 10:33
gezien: James Cartner en Nazaten
Bij
mij beneden (hihi, wie kan dat zeggen?) traden op James Carter en de Nazaten.
Net zoals twee jaar geleden met dat verschil dat het gezelschap nu goed
is voor een helemaal uitverkochte Eduard Flipse zaal. Toch een ander publiek
daar dan in Lantaren/Venster. Aan het eind werd gescandeerd geklapt om het
gezelschap terug op het podium te krijgen; in Lantaren/Venster is dat zo’n
beetje een doodzonde. Elk podium heeft zo zijn eigen publiek. Dat ondervindt
ook Meike Loeven, directeur van Jazz International, zo vertelde ze in de pauze.
Hier een uitverkochte zaal, terwijl in de Unie bij diezelfde James Carter in de
serie Jazz Talk and Play er nog plaatsen over waren. Overigens een gouden
formule, dat Jazz Talk and Play waar ze zeker mee door wil gaan.
James
Carter en de Nazaten dus. Geweldig hoe Keimpe de Jong en zijn mannen van de
vrij ongecompliceerde Surinaamse Kaseko een geraffineerde muzieksoort met een
complexe maar stomende ritmiek heeft weten te maken, met een hoofdrol voor de
skratiye, de staande trom met dekseltje. James de Carter, de man die op alle
saxen niet alleen het hardst maar ook de allerhoogste toptones kan produceren
ging af en toe weer vreselijk te keer maar gedroeg zich over verder als een
zeer loyaal groepslid; ook bijzonder voor deze in het algemeen als ‘moeilijk
type’ omschreven grootheid.
Tjeu
Jazz
International/ De Unie
ma 11-1-2010 15:28
gezien: Ongehoord en Kees van Kooten in Jazz en Poezie
Een
literaire zondagmiddag in sneeuwend Rotterdam. Eerst naar de bibliotheek waar
alweer voor het derde jaar het podium “Ongehoord” wordt georganiseerd voor
beginnend literair en dichtend talent. Dat de kwaliteit dan soms ver onder de
maat is, is een risico dat in deze aanpak ligt besloten. De eerste twee
dichters voor het 15 koppige publiek waren best luisterwaardig maar een mevrouw
uit Overschie die op kleutertje luister fluistertoon een verhaal over een boze
schoonmoeder vertelde was niet om aan te horen. “Ongehoord” inderdaad. In de
pauze vluchtte ik weer de sneeuw in.
Om
vier uur naar onze eigen Unie voor de serie Jazz en Poezie. Een zaal met alleen
maar zestigers kwam voor het saxofoonkwartet Ardvark en Kees van Kooten. Omdat
er door een ‘managmentprobleem’ aldus de inleider enkele tientallen plaatsen te
veel waren gekocht moest een deel van het publiek de zaal op het scherm in het
café volgen. Maar eenmaal in de zaal gezeten werd er een puik programma
gebracht. Ardvark is een kwartet dat zelf de muziek schrijft en zonder blad
instudeert. Nou is dat in de jazz eigenlijk vrij gebruikelijk al vereist een
samenspel van 4 saxofoons natuurlijk wel extra zorg. Omdat de begeleidende
motiefjes niet zo vreselijk ingewikkeld waren en de rest toch neerkomt op vrije
improvisatie snap ik niet zo goed waarom het bij deze lui dan zo langzaam gaat
alvorens ze het podium op kunnen. Alle gezeur op een stokje, het optreden klonk
perfect, swingend en bewijst dat jazz ook heel goed mogelijk is zonder een
begeleidende sectie. Kees van Kooten is een gevestigde naam geworden die er om
die reden zich niet voor schaamt om te tonen dat hij als trombonist ook maar
een oprechte amateur is. Dat kun je je permitteren als je op een ander terrein,
de letteren, een ongeëvenaarde kei bent. Dat bewees hij maar weer met een
ontzettende geestige ode aan Remco Campert en prachtig vertaalde jazz-gedichten
van een onbekende Amerikaan, John Collins waarvan de enige in Nederland
aanwezige dvd eerbiedig door de hele zaal werd gestuurd.
Tjeu
Jazz International/De Unie
do 20-5-2010 11:14
gezien: jazz + talk met bastrio in De
Unie
Drie
bassisten zaten bij elkaar en bespraken en plein public praten over hun
speelstijl, wederwaardigheden en ongemakken. Gisteravond gingen in de serie
Jazz + Talk in de Unie voor slechts twintig toeschouwers drie heel
verschillende Nederlandse basgiganten geanimeerd met elkaar in discussie: Ernst
Glerum, Marius Beets en Ruud Jacobs. Heel mooi was de opmerking van Ernst dat
hij in zijn wilde jonge jaren Ruud als een typische vertegenwoordiger van het
jazz-establishment beschouwde. Daar zette je ze zoveel mogelijk tegen af! En
vervolgens zat hij samen met Ruud vol bewondering te kijken naar een You Tube
filmpje waarin getoond werd hoe broer Pim Jacobs in luttele minuten er in
slaagde om samen met gitarist Wes Montgomerey een ingewikkeld akkoordenschema
in te studeren. Ernst was niet te beroerd toe te geven hoe hij een “bruggetje”
in een bepaald nummer maar niet onder de knie kreeg, waarna Marius Beets het
desbetreffende nummer uit zijn geheugen moeiteloos even voorspeelde, inclusief
het bruggetje. Zo van dichtbij getuige te kunnen zijn van de manier waarop
professionals elkaar de maat nemen en elkaar stimuleren is een van de unieke
ervaringen die deze serie (alweer aan zijn tweede jaar bezig) oplevert.
Iedereen die niet komt heeft het grootste ongelijk. Je betaalt je kaartje van
12 euro dan wel niet voor een concert, maar je krijgt er wel iets unieks voor
in de plaats. Zo was het ook prachtig om Ruud Jacobs aan het werk te zien als
de kampioen van de “walking bass”; het in een strak lopende ritme bespelen van
de bas. Daaraan vooraf ging een filmpje van de aartsvader van deze speelstijl,
Ray Brown. De manier waarop die demonstreerde hoe in pak weg vijftig jaar het
spelen van de bas helemaal veranderd was van het spelen volgens de “slapping
techniek” met tikkende snaren en lange uithalen naar het veel gesophisticeerde
tokkelen vanuit een vast hand bracht zelfs de drie doorgewinterde spelers tot
vervoering. Dat interviewer Wilfried de Jong zelf ook nog een blauwe maandag
bas heeft gespeeld was functioneel: zijn ingewijde vragen bracht de
gedachtenuitwisseling op een intenser niveau. Twee jongens die ooit opgroeide
met de Beatles en de Stones en Ruud Jacobs die in zijn opbloeitijd al een hekel
aan had aan dat eenvoudige werk op drie akkoorden brachten daarna nog
gezamenlijk een ode aan Blue Monk, gebaseerd op – inderdaad – de drie akkoorden
van het bluesschema. Een onvergetelijke avond waarin de huiskamersfeer
eigenlijk heel bevorderlijk was voor de uitwisseling van soms zelfs de
intiemste details: “ik kreeg bij het spelen op een gegeven moment zo’n last van
mijn schouder dat zelfs mijn vingers helemaal verstijfden. Een fysiotherapeut
masseerde mijn schouderblad en tot mijn verbazing deden toen ook mijn vingers
het weer”, aldus Marius Beets.
Tjeu
Geen opmerkingen:
Een reactie posten